Toen
ik half januari een paar uur in transit was in Hongkong viel het me weer eens
op dat veel Chinezen mondkapjes droegen. Mijn indruk is dat dat in Oost-Azië
vrij normaal is, ik wijtte het aan luchtvervuiling. Het is één van de redenen
dat ik me wat ongemakkelijk voel, die enkele keer dat ik in die regio ben. Veel
mensen met mondkapjes in de openbare ruimte heeft op mij een vergelijkbaar
effect als burka’s en niqaabs, het heeft iets unheimisch. Niet alleen doordat
je geen gezichten ziet, wat in zichzelf al bedreigend voelt, maar ook doordat
iedereen kennelijk bescherming nodig heeft tegen een of ander gevaar waar ik
niets van af weet.
Ze zijn ook gewoon
foeilelijk, hoe lollig de printjes ook mogen zijn. Met een mondkapje op zie je
er toch uit als een mislukte eend die een gebruikt kotszakje niet meer weg
krijgt. En dan wordt ons ook nog eens verzekerd dat ze geen ziektekiemen
tegenhouden, en dat mensen de neiging hebben onvoldoende afstand te bewaren als
ze een mondkapje dragen. Een beetje zoals iedereen harder ging rijden als ze
een riem vastmaakten. Dat effect verdween uiteindelijk wel meen ik.
Ik hoop dan ook vurig dat
mondkapjes een tijdelijk verschijnsel zijn in ons deel van de wereld. Het is
een stuk prettiger als iedereen ongedwongen en vol vertrouwen deel uitmaakt van
de gemeenschap die zich op straat en in winkels en instellingen beweegt. Het zal
het ultieme teken zijn dat de crisis voorbij is, ooit. Als een soort rokjesdag
van de lockdown.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten