maandag 21 september 2015

Ambtelijk vakmanschap



Gelijke behandeling, daar komt bureaucratie van. En bureaucratie leidt tot het primaat van regels boven mensen. Bureaucraten zijn niet in staat om zich aan te passen aan specifieke omstandigheden, om creatief oplossingen te verzinnen en verschillende partijen tevreden te stellen. Bureaucratie, daar komt een ervaring van willekeur van. Een vicieuze cirkel is geboren.

Daarom is het goed dat het echte primaat dat van de mensenrechten is; aan een persoon verbonden rechten die vrijwel absoluut gelden. Je moet goede redenen hebben om inbreuk op zulke rechten te maken, en dan nog moet de inbreuk ook procedureel  in orde zijn – regels ten dienste van mensen. Het ‘absolute’ van mensenrechten dwingt functionarissen tot het maken van grondige afwegingen: waarom moet deze regel in dit geval op deze manier worden toegepast, zou er een minder zware manier zijn om hetzelfde doel te bereiken, hoe voorkomen we dat de burger om wie het gaat zich tegen de overheid keert?

Dat is ambtelijk vakmanschap, belangrijke afwegingen maken. Niet alleen van het hogere belang van gelijke behandeling versus de individuele belangen van een burger, of van het ‘algemeen belang’ versus mensenrechten. Er zijn nog heel veel meer afwegingen die gemaakt moeten worden, van kosten en baten, van politieke versus bureaucratische wenselijkheid, van juridische eenvoud versus uitvoerbaarheid enzovoort.

Om te kunnen wegen moet je meten. Welke belangen staan er op het spel, wie wil wat, wat zijn de effecten van het ene of het andere? Er is veel kennis nodig, waarop afwegingen en overwegingen kunnen worden gebaseerd zodat er weloverwogen, responsief beleid kan worden gemaakt. Beleid dat het algemeen belang dient, tegemoet komt aan individuele wensen en kenmerken, zich flexibel voegt naar verschillende contexten en waarover besluitnemers en toepassers zich kunnen verantwoorden.

woensdag 16 september 2015

Reorganisatieleed



Over een paar dagen is er een jubileum. Niet om te vieren, daarvoor is het te wrang. Het is een reorganisatiejubileum: precies twee jaar geleden kwam de SG ons vertellen dat hij de directie ging opheffen waar wij werken. Hij had niet zoveel met strategie, of kennis.
Daar volgde een treurige aaneenschakeling van absurdistische overleggen op, onbeargumenteerde plannen, vuile oorlogjes, allemaal gericht op het hoogste doel: zorgen dat twaalf goed functionerende en gemotiveerde medewerkers zouden opzouten. Dat is deels gelukt maar vele pesterijen later is het vier van ons nog niet gelukt een andere baan te vinden.
Dat ligt niet aan onze eigen inspanningen; we hebben ons suf gesolliciteerd. Zijn wij dan zulke middelmatige medewerkers?
Tot het moment dat de reorganisatie begon functioneerden we goed en hadden we maar beperkt last van de discriminatie van vrouwen van middelbare leeftijd. Natuurlijk, wij bezetten de laagste schalen in de directie en we kregen nooit de verantwoordelijkheid voor de meest interessante klussen, maar ach we deden leuk werk en werden gewaardeerd om onze bijdrage.
Twee jaar verder zijn we kansloos. Een reorganisatie gericht op het eruit werken van personeel maakt elke ontwikkeling onmogelijk. Er was nauwelijks ruimte voor opleiding of detachering, maar belangrijker nog: we kregen geen werk waarin we ons konden bewijzen en ontplooien. En door de enorme onzekerheid over onze rechtspositie en loopbaankansen durfden we zelf geen risico’s te nemen want niemand wil vlak voor haar vijftigste werkloos raken.
Tussen de regels door begrepen we dat we weg moesten omdat de organisatie meer mobiliteit en vernieuwing wilde. Het is wel erg pijnlijk om te zien dat de wegpestacties zich richtten op ambtenaren die juist een veel gevarieerder arbeidsverleden hebben dan de meeste collega’s en die zich in hun functioneren flexibel en vernieuwend hebben betoond. (we hebben bijvoorbeeld allevier als een soort interne zzp-ers gezorgd voor opdrachten en ons de tandjes gewerkt om klussen af te ronden.) Nog pijnlijker is het om te constateren dat zo’n reorganisatie elke kans op mobiliteit kapot maakt. Ontneem mensen jarenlang ontwikkelmogelijkheden en kijk dan eens of ze in een nieuwe functie rollen.
Op naar de ‘mobiliteitsdag’ die de baas aan de organisatie aanbiedt. Waar geheid de hele dag gepreekt gaat worden dat we open moeten staan voor verandering...

vrijdag 11 september 2015

Mensheid



De mens, als soort, heeft zich flink ontwikkeld en daarmee de hele wereld aangepast en aangetast. Vuur, wiel, arbeidsdeling en stoommachine – wij zijn niet meer hetzelfde als oermensen en de wereld lijkt in niets meer op het paradijs. De allerbeste uitvinding is die van het begrip ‘mensheid’ zoals Siep Stuurman zegt. Dankzij het idee mensheid kunnen we over onze familie, clan of stam heen kijken. Dankzij het idee van een mensheid waar ieder mens deel van uitmaakt kunnen we ons iets voorstellen bij gelijkheid, terwijl onze ogen en hersenen er vooral op getraind zijn om verschillen waar te nemen. De uitvinding van de mensheid maakt universele mensenrechten en daarmee democratische rechtsstaat mogelijk, de voorwaarden voor vrijheid en vrede.

Jammer dat we zo ongeveer tegelijk met democratie en rechtsstaat ook de natie bedachten, het volk dat verenigd wordt door verwantschap, taal en bodem. Het idee van een volk kan je alleen volhouden door het af te zetten tegen andere volken, door verschillen tussen wullie en zullie te benadrukken en door duidelijke grenzen te stellen: wie hoort er wel bij, en wie evident niet? Een volk kan niet toestaan dat er buitenstaanders bij komen want die leveren vermenging, verdunning, vervuiling op. Een volk kan haar leden niet de vrijheid gunnen om zelf een levenswijze te kiezen, zich op eigengereide manieren te uiten, misschien zelfs eigen waarden te ontwikkelen. Mensen die dat doen zullen òfwel de leiders van het volk moeten zijn zodat iedereen ze kan navolgen, òfwel moeten opzouten. Wat blijft er over van de eigen eenheid, herkenbaarheid van een volk als niet alle leden zich naar de heersende normen voegen?

Uitvindingen worden in de loop van de tijd verbeterd en aangepast. Noch de mensheid, noch de democratische rechtsstaat, is af. Wat maakt een wezen tot mens, en waar stuit de vrijheid van individuen op de belangen van anderen? We komen er nooit uit omdat er geen juiste antwoorden zijn, alleen antwoorden die het doen. Er blijft voor altijd werk voor de onderhoudsmonteurs van een schitterende uitvinding.

zondag 6 september 2015

Teleurstelling



Je dacht dat je gewaardeerd werd om je werklust, je bijdrage, je kennis of je inzichten. Maar het realisme slaat toe als bij een hartelijke omhelzing een hand vluchtig naar een bil, een borst, tast. Je intellect doet er niet toe.