maandag 30 juli 2018

Emuna Elon, Sonja's zoon


Ik lees zo min mogelijk oorlogsboeken en ik kijk al helemaal niet naar oorlogsfilms. Te onverdraaglijk, en vaak te gruwelijk, en ik weet heus wel wat er gebeurd is en waardoor. Desondanks heb ik Sonja’s zoon van Emuna Elon gelezen en ik ben blij dat ik het gelezen heb. Onverdraaglijk. Geen gebeurtenissen waarvan ik niet wist. En toch heb ik er meer kennis en inzicht door gekregen. Een goed boek, waarin geen gruwelen beschreven worden terwijl het een meer dan gruwelijk verhaal is.
Het perspectief van een jonge joodse moeder in Amsterdam, verweven met dat van haar al wat oudere zoon die in Israel is opgegroeid, werkt. Alle gebeurtenissen zijn dan wel bekend en ook het feit dat veel joden echt niet wisten wat hen te wachten stond; de collaboratie door de Joodse Raad en het vanzelfsprekende antisemitisme (waarom noemen we dat eigenlijk geen racisme?) van niet-joodse Nederlanders en het cynisme en misbruik in onderduik in sommige adressen, de manier waarop het verzet joden hielp.
Het spannendst is de geleidelijkheid waarmee het allemaal gebeurt. Het begint met eenvoudig pesten van joden, en eindigt met grof geweld zieken en bejaarden uit hun bed sleuren, slaan, schoppen. Tegen die tijd zou niemand meer kunnen ontkennen dat het overduidelijk was dat joden gewoon werden uitgeroeid, maar misschien waren niet-joden intussen imuun geworden voor zoveel onrecht en leed.
Als het gewoon wordt om bevolkingsgroepen te treiteren ontstaat er later geen breed verzet tegen het beroven, afvoeren en vermoorden van mensen. Tegelijk wordt het voor diegenen die het treft niet alleen steeds moeilijker om te overleven maar vooral ook mentaal ondraaglijk.
Ik ben ervan overtuigd dat dat exact is wat er nu gebeurt, het normaliseren van pesterijen, dreigingen en geweld tegen mensen, puur omdat ze tot een bepaalde groep behoren. Moslims, vluchtelingen, Arabieren. Dit boek is niet geschreven als waarschuwing geloof ik, maar het maakt je wel weer bewust van het hoe.

dinsdag 17 juli 2018

Links-nationalisme en nationalistisch links



Het is lastig een sociale, liberale en duurzaamheidsagenda te combineren met nationalisme. Als je gelooft dat mensen principieel elkaars gelijken zijn, dat de vrijheid van ieder mens geborgd moet worden in begrenzing van macht en in garanties voor burgerrechten, dat de aarde geen grondstof of afvalproduct is maar onze gezamenlijke leefomgeving, dan zijn landsgrenzen, superioriteitsillusies en het verschillend toekennen van rechten en plichten op grond van geboorteplaats of etniciteit bijna niet te verdedigen.

Toch moet het. Als we links niet erkennen dat een vrije markt, open grenzen en globalisering nadelen hebben die onevenredig terecht komen op de nekken van mensen in de armere wijken en perifere provincies, voeden we racisme. Als we links niet inzien dat er politieke buitenstaanders proberen macht en invloed te krijgen en dat dat echt een kwestie van conflict en strijd is omdat je macht nou éénmaal niet tot in het oneindige kan verdelen tot er een absolute directe democratie overblijft, voeden we populisme.

Al jaren wordt er gepleit voor een ‘alternatief verhaal’ en ‘leiderschap’ maar het blijft steken in herhaling van sociaal-liberale idealen: democratie, rechtsstaat, mensenrechten, vrije markten en internationale samenwerking zijn rechtvaardig en leveren ons zoveel op.
Voor het precariaat voelt het helemaal niet rechtvaardig en het levert hen helemaal niet veel positiefs op. Ze voelen zich onveilig, onzeker en onbemind. Ze – de niet-idealistische, niet-intellectuele, niet-zelfverzekerde en niet-zichtbare ‘gewone’ Hollanders – ervaren dat we – de linkse elite, de politiek correcten, de gutmenschen en gepriviligeerden – op hen neer kijken. Of dat waar is doet er niet toe, en dat het een vicieuze cirkel is, aangejaagd door hufterig rechts-activisme ook niet. Ze voelen het.

Het precariaat, de mensen wiens cultuur en identiteit, inkomen en baan, consumptie en gezondheid heel erg onzeker zijn, voelt zich bedreigd. Nationalistisch links zou dat serieus moeten nemen. We zouden moeten analyseren wat de werkelijke dreigingen zijn en we zouden er antwoorden op moeten hebben. Het ‘algemeen belang’ is in deze wereld nog altijd nationaal belang, en het is van nationaal belang om gevaren en dreigingen het hoofd te bieden. Eigen volk eerst, maar dan wel het eigen volk in links perspectief, dus: iedereen die Nederlands staatsburger is. Dat is nationalistisch, en sociaal als het uitgaat van inclusiviteit, ook voor de Henks en Irenes, en liberaal als het uitgaat van diversiteit.

Links moet ook een nationalistische agenda formuleren in de zin van grens- en migratiebeleid. Dat komt dan toch weer neer op: “wat voor land willen we eigenlijk zijn?” We willen met Den Haag als internationale hoofdstad van recht en vrede graag gidsland zijn. Betekent dat dat we het internationale vluchtelingenopvangland willen worden? Denken we dat we een bevolking van meer dan twintig miljoen willen en kunnen accomoderen? Wat gaan we doen met mensen die om toegang vragen en hoe houden we grenzen wel open voor legitiem verkeer terwijl we allerlei illegale handel en personenverkeer bestrijden? Hoe beheers je dat op een fatsoenlijke, linkse, manier?
Ik weet het niet goed maar dat het links is om je hierover te bekreunen weet ik wel zeker.

maandag 9 juli 2018

Afstomping



Caroline de Gruyter maakt zich in haar column in NRC kwaad over het zwijgen van mensen die zichzelf fatsoenlijk en redelijk achten. Het is het zwijgen dat recht en vrijheid erodeert, inderdaad.
Maar wat kan je anders dan zwijgen? Scheldpartijen, dreigementen, leugens en provocaties van de extremisten, rechts en links, legitimeren de afbraak van rechtsstatelijke waarborgen. Vrome hypocrisie van regeringspartijen die zich niet echt verantwoorden over de Nederlandse bijdrage aan oorlog, onderdrukking, vervuiling en uitbuiting. Het obscene vertoon van rijkdom en egoïsme van de gepriviligeerden. Daar wil je als fatsoenlijk mens helemaal niet aan meedoen, dus zwijg je maar.
En wat zou je kunnen doen? Als iedereen in z’n eigen bubbel zit en jongeren überhaupt geen democratische kennis meer bijgebracht krijgen, als kranten niet meer worden gelezen en tv en internet er enkel voor het amusement zijn, hoe zou je dan medeburgers moeten bereiken?
Het frustrerende van de bubbelsamenleving is dat je misschien wel in gesprek zou willen, maar dat het gewoon niet kan. Verontwaardigd bloggen zal niet helpen, en vriendelijke handreikingen ook niet, want elke bubbel is een isoleercel voor gelijkgezinden.
Het enige wat je kan doen, is je eigen werk en je eigen stukje samenleving zo goed mogelijk doen. Zonder roepen of toeteren. Stilletjes, zonder te zwijgen.

Een andere blik op dezelfde gruwel: https://www.irishtimes.com/opinion/fintan-o-toole-trial-runs-for-fascism-are-in-full-flow-1.3543375