Biografie is niet mijn favoriete genre, historische romans dan weer wel. In
The unequalled self komen ze op een prachtige manier samen,
dankzij de dagboeken van Pepys, de thematische aanpak en de prettige
stijl van Tomalin. Pepys leefde in bijzonder interessante tijden, had
een interessante levensloop, en was kennelijk ook nog
eens een interessant persoon. Hij maakte oorlog mee, pestepidemieën en
de catastrofale brand van 1666. Hij klom op van kind van werklui tot
rijke topambtenaar. Hij moet slim zijn geweest en af en toe behoorlijk
dapper, maar uit het boek doemt vooral het beeld
op van een heel menselijk mens met stomme en nare eigenschappen en
fouten, naast z’n prettige kanten. Wat mij vooral aantrok was de
ambtelijke loyaliteit aan koningen en edelen, terwijl hij grote
bedenkingen had tegen het doen en laten van diezelfde superieuren.
Zelf was hij juist tolerant en had hij mogelijk republikeinse
opvattingen al zou het ook kunnen dat hij pre-Weberiaans hechtte aan een
ordelijke en meritocratische bureaucratie. In mijn ogen is er pas
sprake van loyaliteit als je het inhoudelijk
niet eens bent met je bazen, precies zoals Pepys.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten