Het Oekraïnereferendum heeft de bijl aan de democratie
gezet. De claim dat alléén een referendum een eerlijke methode is om besluiten
te nemen impliceert dat je geen volksvertegenwoordiging wil. Alleen nog maar
plebisciet. De claim dat de brallers en de roepers ‘het volk’ zijn
diskwalificeert de meerderheid, de genuanceerden en de andersdenkenden tot
niet-volk. Dat is waarom populisten er niet mee kunnen leven als ze
democratisch verslagen worden, zij vertegenwoordigen immers ‘het volk’.
Wat ik ook als bijzonder ondemocratisch heb ervaren is
de dwang om mij uit te spreken over een onderwerp waarover ik echt geen
stelling wilde nemen en waarin ik me niet wilde verdiepen. Dat is precies
waarom ik stem op politici die ik vertrouw. En de agressieve en oneerlijke
nee-campagne waarin duidelijke leugens werden ingezet om mensen op het
verkeerde been te zetten. En het gebrek aan tegenwicht vanuit de regering, die
wat mij betreft Geenstijl niet serieus hoeft te nemen maar wel haar eigen
standpunt dat nu bedreigd werd. Een regering die haar besluiten niet adequaat
verdedigt, door te motiveren en te pleiten om de referendumstemmers naar hun
kant over te halen, neemt zichzelf en de stemmers niet serieus.
De ellende is ook nog niet voorbij. De interpretatie
van de uitslag is opnieuw ondermijnend voor onze democratie. Het is volstrekt
onduidelijk welke boodschap stemmers wilden geven door voor, tegen, blanco of
niet te stemmen. Slechte vraagstelling en chaotische campagne hebben er van het
begin af aan voor gezorgd dat nu niemand echt kan weten wat de Nederlanders nu
eigenlijk willen of vinden.
Discussies over percentages en het serieus nemen van de
kiezers en op welke manier laat de regering nou zien dat er naar de samenleving
wordt geluisterd zullen cynische burgers bevestigen in het gevoel dat ‘ze’
gewoon doen waar ‘ze’ zin in hebben. Dat kan niet anders, want juist die
cynische burgers hebben geen flauw idee hoe je een publieke wens in beleid
vertaalt. Een referendum zal er altijd toe leiden dat mensen zich nog minder
gehoord voelen, gewoon omdat hun stem onherkenbaar vertaald wordt in de manier
waarop het land wordt geregeerd.
Als het referendum iets heeft blootgelegd is het hoe
ernstig we inmiddels een volk in verwarring zijn. We willen democratisch ‘gehoord’
worden maar we weten niet wat we willen zeggen.
Rijpkema zoekt weerbaarheid van democratieën in het
verbieden van antidemocratische partijen. We hebben nu gezien dat dat niet gaat
werken. Ons probleem zit ‘m eerder in populisme, bijbehorende procedures voor
directe democratie en spektakelmedia.
8 april
8 april
Nou wordt ie helemaal absurd! De initiatiefnemers van
het referendum menen dat zij de aangewezen personen zouden zijn om de uitslag
van het referendum te interpreteren. Zij gaan wel eens eventjes voorschrijven
wat ‘tegen’ (van 61,1% x 32,2% = 19,7% van het electoraat) als antwoord op hun
ingewikkelde vraag betekent. Ze zullen precies vertellen hoe het verdrag moet
worden aangepast en waarschijnlijk ook nog hoe de onderhandelingen daarover
gevoerd moeten worden.
Met het referendum zijn de initiatiefnemers niet
automatisch tot een soort volksvertegenwoordigers gekozen. Ze voelen zich
overwinnaars, maar niemand heeft op hèn gestemd. En ze zijn al helemaal geen
adviseurs van de regering, die namens het Nederlandse volk onderhandelt over
verdragen. Die legt verantwoording af aan het parlement, Thierry Baudet bepaald
niet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten