Gisteren zag ik Der Hauptmann van Schwentke. Ik dacht eigenlijk dat het gruwelijke verhaal een soort parabel was, waarmee de ijzersterke film duidelijk maakt hoe oorlog tot absurde anarchie leidt en mensenlevens volstrekt waardeloos maakt. Hoe de verwarring en angst ertoe leiden dat de brutalen de hele wereld hebben. Hoe elke vorm van moraliteit dodelijke zwakte is.
Maar Willi Herold heeft niet alleen echt bestaan, de film vertelt ook echt zijn verhaal. Hij heeft een officiersuniform aangetrokken en hij is met een bende van losgeslagen soldaten moordend door Duitsland getrokken. Soms is de werkelijkheid inderdaad ongeloofwaardiger dan fictie.
Alleen, het enge van de film is dat het nou juist niet ongeloofwaardig is. Ik moest denken aan de Wagnergroep, en aan de bloeddorst in Tigrai. Oorlog is een toestand van straffeloosheid en dat biedt vooral kansen aan wie gewetenloos en gewelddadig is. De alomtegenwoordige angst en ellende maken dat er alleen met cynisme en opportunisme te overleven is.
Er zijn figuren die oorlog romantiseren, hetzij omdat ze verlangen naar de kameraadschap van mannen die samen doodsangsten uitstaan, hetzij omdat ze geloven dat oorlog corruptie en onrecht uitwist. Deze film laat zien dat het precies andersom is en dat er absoluut niets positiefs uit oorlog voortkomt. Zelfs geen lessen die daadwerkelijk geleerd zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten