woensdag 27 oktober 2010

Naar ventje Wilders

Op de basisschool waren er twee of drie kinderen waar iedereen bang voor was. Het waren jochies die vrijwel iedereen de baas waren, kinderen veel slimmer of sterker of populairder dan zij, door te jennen en te schelden. Gemene kinderen, die geen kans voorbij lieten gaan om iemand onderuit te halen.
Wilders is precies zo’n vals jongetje. Jennen, schelden, schofferen. Hij heeft een hekel aan uitkeringstrekkers, buitenlanders, bestuurders, intellectuelen, kunstenaars, linksen, krakers, gelovigen, journalisten, kortom aan vrijwel iedereen. Nog nooit heb ik hem uitspraken horen doen over beleid, zijn uitspraken gaan altijd over mensen. En nog nooit heb ik hem een argument horen inbrengen in een discussie. Als hij ‘discussieert’ dan is het schelden en jennen. Van ‘u bent knettergek’ tot ‘u heeft een kroeldoekje’. Dat zijn geen politieke meningen, en dat is niet gericht op maatschappelijke verandering.

Wilders moet een heel eenzaam jochie zijn, dat hij zo’n kunst maakt van het bestrijden van de hele wereld, op zoek naar aandacht, erkenning, populariteit. Net als de gemene rotkinderen in de klas probeert hij die populariteit af te dwingen, met macht en angst, met schelden en jennen.
Zulke pestkoppen hadden soms een paar volgelingen: kinderen die nog onaantrekkelijker waren dan de pestkoppen, en die de slimheid misten om zich boven iedereen uit te schreeuwen. Die kinderen gokten op de bescherming die hun leider hen bood tegen de rest van de klas, maar ze wisten dat hun loyaliteit éénrichtingsverkeer was. Als het de opperpestkop uitkwam, zou hij hen zonder scrupules zelf te grazen nemen.
Het is de vraag of de aanhangers van Wilders inderdaad achter hem aanlopen uit angst en onmacht tegen de meerderheid, de elite, de heersende populaire cultuur. Ik denk het wel, en ik denk ook dat er na de laatste verkiezingen een enorme euforie moet zijn onder die groep, omdat ze zich voor het eerst niet meer de underdog voelen. Ze zijn met anderhalf miljoen! Dat voelt goed. Nou zullen zij eens eventjes de omgangsvormen bepalen, bepalen wie ‘in’ is en wie ‘out’. Eindelijk zitten niet zij, maar de elite, in het defensief. Wat een macht, wat een genot.
Maar de samenleving wordt er niet beter van, de wereld wordt er niet veiliger van, de meerderheid wordt er niet vrij van. We moeten nog maar eens kijken naar the Wave.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten