Er zijn twee werelden in de democratie: die van de informatie, en die van de emotie. Waarom stemmen we op de partij, of op de persoon, waarop we stemmen? De meeste mensen stemmen op een partij waar ze vertrouwen in hebben. Vrijwel niemand leest partijprogramma’s of houdt bij hoe vertegenwoordigers van een partij zich in Raad of Kamer gedragen. Het vertrouwen is gebaseerd op hele vage, algemene noties, meer nog op het imago van een partij dan op inhoudelijke standpunten. Een partij krijgt haar imago vooral door de sfeer, de aankleding van een zaaltje, de muziek, de mensen die bij een partijbijeenkomst zijn. Zijn het dames met parelsnoeren die meedeinen op het dixielandbandje, of jongens met slordige kapsels die met verwilderde blik de wereld willen verbeteren?
Ook belangrijk voor partij-imago zijn krantenkoppen, one-liners op televisie, plaatjes. En daar zit de link met echte informatie, met inhoud, met het democratische systeem waarin voorzien wordt in controle en motivering. Het lijkt zinloos om uitvoerig te bespreken waarom een fractie een voorstel afwijst, als jouw standpunten of opstelling er toch totaal niet toe doen voor de kiezers. Maar via de media sijpelt er af en toe een enkele zin door naar het publiek, een kreet, een beeld. De uitvoerige processen en discussies en onderbouwingen waar politici hun energie in steken, worden door journalisten vertaald naar ‘nieuws’. Als journalisten vinden dat een partij haar standpunten goed heeft onderbouwd en sterk naar voren komt, schetsen ze dat beeld.
Het gaat niet om inhoud, het gaat om uiterlijk. De inhoud heeft absoluut invloed op het uiterlijk, maar er zijn wel media voor nodig om die invloed te doen gelden.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
spijker op de kop :-) zo beginnen de meeste relaties ook.
BeantwoordenVerwijderen