Dictatuur kent vele varianten maar het ontmenselijkt altijd. Het ontneemt mensen hun autonomie en hun solidaire moraliteit. Niet-autonome, immorele figuren zijn eigenlijk geen mensen meer, in ieder geval geen mensen met menselijke waardigheid. Of het nou een Joods jongetje in Theresiastad is, een echtgenoot van een kwezelige romantica of een rechter in een systeem zonder recht: wie geen vrijheid heeft verliest verantwoordelijkheid en dus waardigheid.
Adam probeert alsnog verantwoordelijkheid te nemen en zichzelf te redden. Maar daarvoor moet hij afstand nemen van het communistische systeem waarvoor hij medeverantwoordelijk is. Het enige ideaal waarin hij echt geloofd heeft blijkt een grote leugen, net als zijn huwelijk en zijn beroep. Hij probeert te vluchten in een affaire maar ook dat krijgt hij als een leugen naar zijn hoofd geslingerd. Zijn broer maakt duidelijk dat vluchten naar het buitenland ook al geen soelaas biedt. Adam hervindt zichzelf in het loslaten van ieder verlangen, ieder oordeel, maar dat betekent wel dat hij alleen is.
Ik leer van deze mooie roman hoe nauw moraliteit en solidariteit met elkaar verbonden zijn. Hoe morele overtuigingen per definitie sociale idealen zijn. En hoe elk intermenselijk begrip tot interpretaties, misverstanden en misbruik kan leiden, of het nou gaat om het algemeen belang of om de waarde van een gezin. Klima biedt geen oplossing maar hij laat wel zien hoe heilloos opportunisme of onderwerping is.
zondag 17 november 2024
Klíma, Rechter tussen twee vuren
donderdag 7 november 2024
Een meerderheid heeft hiervoor gekozen
Niet de verkiezingsuitslagen waarbij extreemrechtse partijen winnen zijn het probleem. Het feit dat grote delen van het electoraat op die partijen stemt is zo verschrikkelijk. Dat er dus kennelijk grote delen van de bevolking zijn die geen moeite hebben met discriminatie, met leugens, met het bedreigen van de rechtsstaat. Dat zo ontzettend veel mensen zich in de konijnenholletjes van de online beelden hebben laten glijden. Dat er zo weinig kritisch vermogen en medemenselijkheid zijn.
woensdag 6 november 2024
Debat
We zijn het verleerd om politiek debat te voeren. Woordenstrijd over tegengestelde belangen, perspectieven, idealen en meningen is er nog maar weinig. Politiek is tegenwoordig meer een kwestie van welles-nietes-discussies, over wat precies waar is en wiens schuld iets is. Waar voorheen debat werd gevoerd vanuit ideologische invalshoeken en men het grosso modo eens was over feiten en procedures, wordt tegenwoordig liever ontkend dat ideologieën en belangen legitieme standpunten op kunnen leveren. Zodat verschillen in standpunten alleen nog maar verklaard kunnen worden uit domheid of kwaadaardigheid.
Daardoor verschilt de polarisatie nu wel heel wezenlijk van de na-oorlogse polarisatie waar met name linkse partijen hoopten op het goed zichtbaar maken van de ideologische verschillen, om de kiezers een duidelijke keuze voor te leggen. De huidige polarisatie maakt zichtbaar welke groepen elkaar als vijanden beschouwen. Het is moreel verwerpelijk om voor je vijand te kiezen.
Nu politiek verworden is van belangenstrijd tot oorlog tussen groepen, wordt er geen algemeen belang meer gevoeld maar zero sum, winst voor de een ten koste van de ander. Het besturen van een land is geen zoektocht meer naar common ground en acceptabele compromissen maar draait om macht en om je zin krijgen.
Bovendien verlangen we naar een samenleving waarin we elkaar niet verketterden om verschillen van mening. Een simpele voorstelling van zo’n samenleving is er niet een waarin het politieke debat op een andere manier wordt gevoerd, maar eentje waarin überhaupt geen debat is. Waarin iedereen het met elkaar eens is. Dat is een populistisch idee waarin afwijken van de meerderheid synoniem is met afwijken van het volk, jezelf buiten het volk plaatsen. Het is het sprongetje op de glijbaan naar uitsluiting, criminalisering en dehumanisering.
zondag 20 oktober 2024
Limburg stinkt
Mijn ouders wonen allebei in de buurt van de Peel, zodat ik er tot mijn spijt wel eens kom. Met schitterend weer en een windje in de rug fietste ik van Heythuysen naar Venray. De stank van varkens was alomtegenwoordig, ik moest er van kokhalzen. Jaloers keek ik naar de trekvogels die in formatie over de wereld vlogen. Ze hebben geen boodschap aan wat er beneden gebeurt.
zondag 13 oktober 2024
Idealen
In de trits vrijheid, gelijkheid, broederschap krijgt het derde ideaal weinig aandacht. Het is op allerlei manieren te vertalen: solidariteit, zorgzaamheid, verantwoordelijkheid, rentmeesterschap. In ons ik-tijdperk van consumptie en identiteit houden we ons niet bezig met die broederschap. Toch is het bij uitstek hèt ideaal dat betrekking heeft op de waarden en belangen die buiten het egocentrische zelf liggen. De waarden die gaan over burgerschap en bestuur dus.
Broederschap kan niet bestaan bij conflict. Het gaat om de vraag hoe dingen beter kunnen, om het goede doen.
De idealen van vrijheid, gelijkheid en broederschap dienen de hoogste waarde van rechtvaardigheid. Het wordt tijd om het derde ideaal te herwaarderen.
donderdag 29 augustus 2024
d'Epenoux, Le roi-nu-pieds
Een hele roman over het dilemma van links activisme. Gebruik je de mogelijkheden binnen bestaande systemen om te protesteren tegen onrecht en verspilling, of zie je die systemen als oorzaak en ga je over tot revolutie? Dat gaat onvermijdelijk met illegaliteit en geweld gepaard. Is dat legitiem om de wereld te redden? Aan de andere kant: is het legitiem om vervuiling en uitbuiting en onderdrukking te tolereren en er zelfs van mee te profiteren omdat je het economische of politieke systeem wil behouden?
Ik kies zelf duidelijk voor het laatste, maar in Le roi-nu-pieds wordt dat uiteindelijk als hypocriet of opportunistisch weggezet. Het is juist de extreem principiële zoon die elke vorm van niet-duurzame productie afwijst en die dan ook in een houten hut in een bos leeft. De vader ziet in de loop van het verhaal het licht en eindigt in mateloze bewondering voor zijn zoon.
Toch ben ik meer gecharmeerd van het eerste deel van het boek, waarin juist aan de kaak gesteld wordt dat de zoon nogal rücksichtlos met z’n naasten omgaat. Hij heeft kennelijk zo’n morele superioriteit dat hij geen rekening met anderen hoeft te houden. Aan inlevende omgangsvormen doet hij niet. Dat vind ik dan weer hypocriet: je wil de wereld verbeteren en gaat daarvoor desnoods over lijken. Medemenselijkheid alleen als abstracte waarde. Ik denk terug aan een van de liedjes in de musical Hair, over hoe het de hipste hippies zijn die hun zogenaamd ‘burgerlijke’ vrouw en kinderen in de kou laten staan. Especially people who care about strangers, who care about evil, and social injustices...
woensdag 14 augustus 2024
Tom van der Meer, Waardenloze politiek
We maken al jaren mee hoe de politiek afglijdt en de democratische rechtsstaat alsmaar verder wordt gecorrumpeerd. De analyses worden in allerlei verschillende toonaarden herhaald en de gevolgen doemen steeds zichtbaarder op. Toch levert dit boek scherpere inzichten dan ik al had. In heldere taal, gebaseerd op politicologische kennis, legt Van der Meer uit hoe de Nederlandse cultuur van depolitiseren en monisme de kiezers naar extreme partijen jaagt en afbreuk doet aan het systeem van verantwoording en controle. Zodat we democratische gelijkheid en rechtsstatelijke veiligheid verliezen, niet door een coup maar door geleidelijke erosie. Erosie door grove taal en brute omgangsvormen, door schelden op rechtsstatelijke instituties, door gebrek aan consequenties als een politicus iets doet of zegt wat democratisch of rechtsstatelijk volstrekt onacceptabel is.
De media spelen een grote rol door te zoeken naar spektakel en door simplistische duiding van politieke ontwikkelingen. Kamervoorzitters en Kamerleden spelen een grote rol door onverantwoord gedrag te tolereren. Van der Meer wijst met name op de rol van de (voorheen) grote middenpartijen, die zich zodanig op besturen richten dat ze elk politiek conflict uit de weg gaan, nog voordat er debat is gevoerd. Zodat kiezers nog maar één pot nat zien en op zoek gaan naar partijen met standpunten.
“Technocratie belemmert politiek debat. Ze biedt geen ruimte voor vergezichten of botsende waarden. Technocratie is een compromis zonder voorafgaande belangen- of waardenstrijd. Nederlanders zijn zeker compromisbereid. Maar een politiek compromis krijgt pas betekenis wanneer politici eerst duidelijk maken wat de alternatieven zijn en hoe het compromis ons verder helpt. (...) Natuurlijk moet de uitvoering van beleid een sterke component hebben van efficientie en effectiviteit, als er maar aan de keuze voor dat beleid een waardenstrijd vooraf is gegaan. Maar de omdraaiing daarvan – politieke keuzes presenteren als een uitvoeringsvraagstuk dat losstaat van een diepere waardenstrijd – dát is een democratisch probleem.”
en “De electorale democratie wordt uiteraard niet beperkt wanneer inhoudelijk conflict noodzakelijkerwijs uitmondt in compromis. Maar wanner dat inhoudelijke conflict niet kan ontbranden omdat al op voorhand wordt gezocht naar het compromis, verzandt de democratie in compromisme.”
“Politiek werd management dat het gewoon een beetje beter wilde maken voor de mensen. De politiek die de waarde van waarden ontkent, is niet in staat tot grotere verhalen, diepere zingeving en weidsere vergezichten.”
Toch is er ruimte voor optimisme volgens Van der Meer, omdat we een behoorlijk weerbaar stelsel hebben. In Nederland levert het kiesstelsel evenredige vertegenwoordiging op zodat er weinig drempels zijn voor tegengeluid. En omdat we geen meerderheidstelsel hebben is het risico vrij klein op machtsconcentratie bij één partij die daarmee het bestel kan perverteren, zoals Fidez in Hongarije.
“Autoritair bestuur kan aantrekkelijk lijken als je haast hebt, maar democratische processen zijn veel flexibeler en dus succesvoller in onzekere omstandigheden. (...) Dat vereist wel dat democratie bij machte is om binnen het systeem alternatieven te bieden.”