Voral in de rechtse media wordt flink geweeklaagd over de persoonlijke risico's voor politici die bestuurlijke verantwoordelijkheid op zich nemen: het verlies van privacy, het enorme afbreukrisico, het inleveren van soms heel veel inkomen en onbekende risico's voor de carriere. Om nog maar te zwijgen van de bergen kritiek, bagger en soms bedreigingen waaraan bestuurders blootstaan. Men vindt het goed en soms zelfs dapper of zelfopofferend dat in opspraak geraakte politici aftreden, maar er wordt wel op gewezen dat het steeds lastiger is om potentiele bestuurders te werven. Wie heeft er nog zin om alles in de waagschaal te leggen om het algemeen belang te dienen?
Onderdeel van de analyse is dat de eis tot transparantie en verantwoording extreem is geworden en dat het gestresste bestuurders oplevert voor wie de beeldvorming relevanter is dan goed bestuur. Voor goed bestuur zijn vertrouwelijkheid, compromisbereidheid en enige foutentolerantie nodig.
De klagers hebben gelijk, en het verwijzen naar de medialogica waardoor het publiek hongert naar schandalen en emoties is niet onterecht. Maar het schijnt mij toe dat er ook een andere kant aan het verhaal is.
Niet alleen zijn transparantie en verantwoording essentiele democratische eisen, er zijn ook verantwoordelijke en integere politici nodig. Als politieke partijen nalaten om zelf zichtbaar te maken dat integriteit een kernwaarde is voor politici en welke aspecten van integriteit zij onderkennen - het voorkomen van zelfverrijking is er een, maar eerlijk zijn en zich onthouden van haatzaaierij horen er ook bij - wordt het publieke vertrouwen in politici ondermijnd. Hoe minder vertrouwen men heeft, hoe meer transparantie en verantwoording er wordt geeist. Doordat niet de politieke partijen maar de media daarin voorzien, krijgt het een schandaal-draai, waardoor bestuurders terecht maar pijnlijk worden 'afgebroken'. Dat ziet iedereen gebeuren en potentiele bestuurders zullen zo'n afbreukrisico vast wel meewegen bij de vraag of ze zich enige tijd op een politieke manier voor het land in willen zitten.
Betere selectie en screening aan de voorkant, beter vertellen waarom iemand geschikt is om een functie te bekleden, welke fouten getolereerd worden (voordat de media ze onthullen) en heel veel betere zelfzuiverende mechanismen binnen politieke partijen, zouden bestuurders kunnen beschermen tegen afbraak.
Kan die huisjesmelker weg uit de VVD-fractie? Of gaan we wachten tot het schandaal losbarst en de VVD zichzelf, en de politiek, opnieuw te kijk zet als onbetrouwbaar en niet integer?
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten