donderdag 24 december 2009

Bill Bryson, Down Under

het ultieme boek om je in te lezen in Australië. Bryson schrijft zo grappig dat ik met regelmaat zit te schudden van het lachen, en het is ook nog ns informatief. Dat levert het pijnlijke inzicht op dat Australiërs nauwelijks kennis hebben over hun eigen land en geschiedenis. Het onderwijs en het nieuws hier zijn één grote exercitie in negeren en ontkennen. Misschien zijn er stadse scholen waar kinderen wel leren over de oudste culturen op aarde, over het fascisme van de Britse upper class, over de barbaarse vernietiging van Aboriginals, over vrouwen die uren in de auto wachten omdat ze de kroeg niet in mogen. Australiërs zijn zich er wel van bewust dat ze weinig weten, dat hun perspectief beperkt is, maar ik denk dat nauwelijks erkend wordt dat het ontkennen van misdaden leidt tot morele verrotting. Zoals Nederlanders slavenhandel, kolonialisme en apartheid onder ogen moeten zien, Duitsers de holocaust, witneuzen de vernieling van de wereld, zo blijven racisme en seksisme in Australië doorgaan zolang niemand het monster in de ogen kijkt.
In vier bezoeken aan Australië heb ik één keer een groepje Aboriginals gezien.

zaterdag 19 december 2009

Deel drie Millennium

Het is net als met te snel teveel snoepen, op een gegeven moment komt het je neus uit. Deel twee was eigenlijk het sterkst, spannend en heftig maar nog net bijna geloofwaardig. Deel drie vertelt een te groot verhaal. Alhoewel, ik las vandaag in de krant hoe er in China duizenden verborgen gevangenissen zijn waar petitioners worden opgesloten en mishandeld tot ze beloven geen klacht tegen de overheid in te dienen. Inclusief het schandaal dat naar buiten komt nu een dappere held een naief meisje gered heeft, lijkt het toch wel een beetje op Gerechtigheid van Larsson. Wel een griezelig idee, dat de werkelijkheid mogelijk gruwelijker is dan zo'n thriller.

zondag 13 december 2009

Stieg Larsson, De vrouw die met vuur speelde (Millennium 2)

Zo’n dikke thriller is net snoep. Ik kan me niet beheersen en lees het in één keer uit. Erger nog, ik ben meteen begonnen aan deel drie, terwijl ik juist even een voorraadje leesvoer moet aanleggen voor m’n vlucht volgende week. Niks zo gruwelijk als vierentwintig uur op reis zonder boek.

dinsdag 8 december 2009

Jos van der Lans, Koning Burger

Aardig boekje, makkelijk te lezen zonder dat de analyse al te flauw is. Het is inmiddels wel genoegzaam bekend: de emancipatie van burgers tegenover professionals en overheid is geslaagd, bijgevolg gedragen burgers zich als verwende kinderen, trekken publieke functionarissen zich terug in de schulp van hun kantoren en zijn professionals alleen nog maar bezig zich te verantwoorden. Het leukste stukje van het boek is het einde, waarin Groenlinkser Van der Lans oprecht enthousiast is over het optreden van VVD-stas Mark Rutte.
http://www.josvdlans.nl/journalist/koningburger.asp

Het diner

"Schaamte over onze premiers was goed beschouwd de enige emotie die de ene Nederlandse regering naadloos met de volgende verbond." Herman Koch, blz. 243. Goed boek, ik heb het in één ruk uitgelezen (in de loop van de ochtend begonnen te lezen, 's avonds voor Het oog uit). Vlot geschreven, spannend, het gaat ergens over en de auteur heeft echt lef. Dan maakt het niet eens uit dat de afloopt een pietsie blubber is, ongeloofwaardig dat de echtgenote zich als een kroegvechtende feeks ontpopt. Een boek voor Kees, genoeg tot Singapore.

zondag 6 december 2009

H.J.A. HOFLAND, column NRC 4 december

Tot de kenmerkendste symbolen van de Nederlandse cultuur horen Rembrandt, Van Gogh, de klomp en de fiets. Rembrandt heeft zijn plein met standbeeld, Van Gogh zijn museum, de klomp is een veelgevraagd artikel in souvenirswinkels, en de fiets heeft niets. Toch verbazen de buitenlandse bezoekers zich hier over de overvloedige aanwezigheid van dit vervoermiddel. De Tsjechische schrijver Karel Capek (1890-1938) zag de fiets als het mechanisme waarmee de Hollander zijn individualisme het best uitdrukt. Dat heeft hij opgeschreven in zijn reisbrieven die in het boek Over Holland zijn gebundeld. Ook toen had hij al gelijk. Overal was Piet Pelle op zijn Gazelle.
Capek heeft trouwens nog meer gelijk gekregen. De fiets heeft het Nederlandse individualisme verder gestimuleerd. Ons fietsend individu rijdt aan de verkeerde kant van de weg, op de stoep, door rood licht, in het pikdonker zonder verlichting, zwaar beladen, met paraplu op door de regen, als hij jong is alleen op zijn achterwiel.
Als er nog eens een nieuw nationaal wapen moet worden ontworpen, mag de fiets daar niet in ontbreken. Beter een fiets dan een leeuw.
En opmerkelijk: dat het volk na de oorlog in toenemende mate gemotoriseerd is geraakt en nu wordt beheerst door ruzies over rekeningrijden, heeft de fiets geen kwaad gedaan. Zie de zich soepel voortbewegende drommen fietsers in het spitsuur, de ontelbare fietsen in rekken, tegen muren, bomen, lantarenpalen. De oorspronkelijke tweewieler heeft steeds meer varianten gekregen: het soort verlengde bakfiets waarin ouders hun kinderen vervoeren, de ligfiets, de fietsen met een bizar frame. We hebben hier een unieke fietsbouwkunst ontwikkeld. Je kunt je geen Nederlands straatbeeld voorstellen zonder deze rijkdom.
Waar veel van hetzelfde wordt geproduceerd ontstaat onvermijdelijk meer afval van hetzelfde. Zo zijn de fietsklonten gegroeid, opeenhopingen van onbruikbaar geworden, vergeten, gestolen, verlaten fietsen. Een paar mooie klonten vallen bijvoorbeeld te bezichtigen op het Leidseplein, aan de kant van het Hirschgebouw en daartegenover, bij de Stadsschouwburg. En nu las ik in Het Parool, in een stuk van Frenk der Nederlanden, dat een mevrouw, Nel Vos, de strijd tegen deze klonten heeft aangebonden. Ze heeft alle mogelijke autoriteiten aangeschreven. Tot dusver vergeefs.
Misschien is er een oplossing. De moderne kunst heeft ons met veel min of meer abstracte monumenten verrijkt. Denk aan De Wimpel schuin tegenover het einde van de Apollolaan of Het Verschijnsel van Pearl Perlemutter, nu in het parkje van het Emmaplein. Maar bij mijn weten hebben we nog geen monument ter ere van de fiets.
Ik stel me voor dat een paar honderd of desnoods duizend onbeheerde fietsen van de straat worden geraapt en ter beschikking van een kunstenaar gesteld (Atelier Van Lieshout of Damien Hirst bijvoorbeeld) met de opdracht daar een monumentale constructie van te maken. Als je een stuk of wat fietsen zonder kunstzinnige bedoelingen op elkaar gestapeld ziet, heeft dat al iets moois. Zet je er een artiest aan, dan kan het niet mislukken.
Het moet vooral hoog en ingewikkeld worden. En waar zou het moeten staan? Op het Museumplein natuurlijk, waar nu die stadsspreuk staat, I amsterdam. Dan zijn we meteen ook van dat steenkolenengels af.

Arnold Cornelis, Logica van het gevoel

Erg gemengde gevoelens over dit boek. Er is vrijwel niks nieuws aan de boodschap, tegelijk is het goed dat deze invalshoek op kennis zo uitvoerig en degelijk in één boek is gesteld. Het is geschreven in een verschrikkelijke stijl, de auteur moet continu flink stoned zijn geweest. Toch is het snel te lezen, omdat je niet zin voor zin hoeft te lezen maar met je aandacht over de pagina’s heen kan vliegen. Ik denk dat dat komt omdat je de draad niet kwijt kan raken, want die is er nauwelijks. Ontzettend taalgebruik ook: ‘releveren’! ‘middenleven crisis’! Heel erg.
Ik kan me absoluut niet voorstellen dat dit boek een ‘sensatie’ was. Als je het uit hebt haal je je schouders op. Het is een verzameling open deuren die worden ingetrapt met behulp van willekeurige krentjes uit de geschiedenis, filosofie en psychologie. En toch.
En toch. Niet alleen is het systematiseren van logica in drie bestaanssystemen: het natuurlijke systeem, het sociale regelsysteem en het communicatieve systeem, erg handig. Mooier nog is een stelling waar het hele boek omheen is gebouwd: de zin van het menselijk bestaan moet gezocht worden in leren.
http://nl.wikipedia.org/wiki/Arnold_Cornelis

dinsdag 1 december 2009

politietop

De politietop komt bij elkaar om te bespreken hoe het gezag herwonnen kan worden. Nog even los van de vraag of het echt wel zo slecht gesteld is met het gezag van de politie, lijkt het mij nogal simpel. Wees professioneel, geef het goede voorbeeld en vooral: wees onkreukbaar.

De politie lijkt me behoorlijk professioneel. Als je ze in actie ziet, of leest over politie-optreden, ziet het er naar uit dat agenten heel goed weten wat ze doen. Dat er zo weinig boeven gevangen worden, nog erger, dat er koeien van fouten worden gemaakt waardoor boeven vrijuit gaan, dat is niet aan de politie te wijten maar aan het OM. Toch?

Met het goede voorbeeld gaat het wat minder. Niet alleen vallen politieagenten erg op als slechte verkeersdeelnemers, ze schijnen ook flink wat ongelukken te veroorzaken. In het verkeer zijn ze wel erg zichtbaar, dus dáár zou het voorbeeldgedrag moeten worden vertoond.

Nou slaat dat allemaal op de dienders, het ‘blauw op straat’. Maar de krantenkoppen van de afgelopen week gingen over de top, de dames en heren die bij elkaar zitten om te bespreken hoe het gezag hersteld kan worden. De mensen die zich als bankdirecteuren gedragen, voor wie integriteit betekent dat ze niet gepakt worden.
Als je zo opzichtig naar geld graait, zo het onderste dubbeltje uit de kan haalt, dan werk je blijkbaar niet bij de politie omdat je meent een bijdrage aan de maatschappij te kunnen leveren. De hebzucht maakt duidelijk dat het gaat om carrière, persoonlijk gewin. De politietoppers worden niet gemotiveerd door het publiek belang, maar door luxe en status. Ze kunnen zich, net als bankdirecteuren, verschuilen achter de regels, en zich laten kennen als hypercalculerende slimmerikken. Dat zijn geen toppers, dat zijn hebberds.

zondag 29 november 2009

misselijk

Zwitsers stemmen tegen minaretten. Ik ben er onpasselijk van.

klimaat

Er is een hoop opwinding over de gehackte emails van klimaatwetenschappers, want die zouden aantonen dat het klimaat niet zo vreselijk erg onder onze activiteiten lijdt en daardoor zou de internationale conferentie in Kopenhagen niet tot harde afspraken leiden. Bizar, alsof de mensheid pas verantwoordelijk wordt voor de aarde als wetenschappers uitgevochten helpen welke grafieken kloppen.
Fatsoenlijk met de aarde omgaan is een morele kwestie, geen rekenkundige. Het is natuurlijk heel verstandig om uit voorzorg te proberen geen onomkeerbare schade aan te richten, en het is best pijnlijk voor de welvarenden onder ons om iets van onze rijkdom af te moeten staan.
Als klein kind leerden we eerlijk delen. Dàt blijft de fundamentele reden om de kosten van de welvaart niet af te wentelen op arme landen waarin arme mensen wonen.

Behalve die fundamentele reden, is er ook nog de pragmatische. Milieu verpesten is zonde, want een schoon milieu is de basis van welvaart. Water, gezondheid, geluk, voedsel, grondstoffen, energie, diversiteit, recreatie, het hangt allemaal van de aarde, van de natuur, af. Als we dat opmaken, kapotmaken en vervuilen geldt op = op. Dat is een zonde in de religieuze zin, het is het kapot maken van het leven. En het is zonde in economische zin, verspilling. Een beetje zorgvuldiger en zuiniger met de natuur omgaan kan makkelijk, en levert nu en in de verre toekomst veel meer op dan alles in één keer verbrassen.

Wij leven als de vetzak die eerst z’n geld uitgeeft aan veel eten, dan z’n geld uitgeeft aan fitness, en die uiteindelijk dan toch dure dokters nodig heeft om een eind aan het onvermijdelijke lijden te maken.

vrijdag 27 november 2009

verstandig stemmen

Er zijn twee werelden in de democratie: die van de informatie, en die van de emotie. Waarom stemmen we op de partij, of op de persoon, waarop we stemmen? De meeste mensen stemmen op een partij waar ze vertrouwen in hebben. Vrijwel niemand leest partijprogramma’s of houdt bij hoe vertegenwoordigers van een partij zich in Raad of Kamer gedragen. Het vertrouwen is gebaseerd op hele vage, algemene noties, meer nog op het imago van een partij dan op inhoudelijke standpunten. Een partij krijgt haar imago vooral door de sfeer, de aankleding van een zaaltje, de muziek, de mensen die bij een partijbijeenkomst zijn. Zijn het dames met parelsnoeren die meedeinen op het dixielandbandje, of jongens met slordige kapsels die met verwilderde blik de wereld willen verbeteren?
Ook belangrijk voor partij-imago zijn krantenkoppen, one-liners op televisie, plaatjes. En daar zit de link met echte informatie, met inhoud, met het democratische systeem waarin voorzien wordt in controle en motivering. Het lijkt zinloos om uitvoerig te bespreken waarom een fractie een voorstel afwijst, als jouw standpunten of opstelling er toch totaal niet toe doen voor de kiezers. Maar via de media sijpelt er af en toe een enkele zin door naar het publiek, een kreet, een beeld. De uitvoerige processen en discussies en onderbouwingen waar politici hun energie in steken, worden door journalisten vertaald naar ‘nieuws’. Als journalisten vinden dat een partij haar standpunten goed heeft onderbouwd en sterk naar voren komt, schetsen ze dat beeld.
Het gaat niet om inhoud, het gaat om uiterlijk. De inhoud heeft absoluut invloed op het uiterlijk, maar er zijn wel media voor nodig om die invloed te doen gelden.

zaterdag 14 november 2009

Jhumpa Lahiri, De naamgenoot

Mooie kijk op een immigrantenleven. Het gepuber en de afwijkende cultuur van hoofdpersoon Gogol lopen naadloos in elkaar over. Gedraagt hij zich zoals hij zich gedraagt omdat hij jong is, of omdat z’n ouders Bengaals zijn? Het maakt niet uit, Lahiri geeft betekenis aan anonieme levens.

maandag 2 november 2009

Stieg Larsson, Mannen die vrouwen haten

Prima detective, heel degelijk, leest lekker weg. Ideaal voor een wiekendje gehandicapt aan een stoel gekluisterd zijn. Maar het zal me niet heel erg lang bij blijven. Sommige boeken zijn pure consumptie, lezen verteren en vergeten.

vrijdag 30 oktober 2009

Jane Jacobs, the death and life of great American cities

In een boek dat kennelijk het laatste woord over stedenplanning moest zijn (erg doorwrocht en volledig, dus dik) fulmineert Jacobs tegen het kwaad van arrogante planners die geen idee hebben van echte mensen en hun behoeften. Steden moeten allemaal op een soort idyllische dorpen lijken waarin iedereen keurig leeft volgens romantische noties over eenvoudige mensen in contact met de natuur. Bovendien wordt ‘orde’ vertaald als eenvormigheid, monotonie, voorspelbaarheid. Planners hebben een diepe afkeer van diversiteit en oncontroleerbaarheid, terwijl dat toch juist de kenmerken zijn van natuur en samenleving.

Keer op keer worden maatschappelijke problemen als verkrotting, criminaliteit en overlast, armoede en onvrede aangepakt door hele wijken te slopen, de bewoners weg te jagen en nieuwe gebouwen neer te zetten. Jacobs legt uit dat het toch echt de mensen zijn die er toe doen, niet de gebouwen. Ze beschrijft uitvoerig hoe sociale controle ontstaat door diversiteit van functies en van gebouwen, en hoe die sociale controle en diversiteit zorgen voor veiligheid, economische groei en vrijheid. Het slopen van wijken vernietigt sociale structuren en veroorzaakt daardoor juist de problemen.

Het boek gaat over steden, maar je kan het lezen als een beroep over de valkuilen van beleidsmakers. Wie geen oog heeft voor sociale logica, wie geen kennis heeft over het gedrag van mensen, zal de maatschappij nooit ten goede kunnen veranderen.

Wat een toeval, de NRC heeft er net een stuk over: http://www.nrc.nl/digitaleeditie/CS/20091030___/3_006/

woensdag 21 oktober 2009

Kafka in de thuiszorg

Ineens begrijp ik waar de agressie tegen hulpverleners vandaan zou kunnen komen. Vanochtend liep ik tegen een keiharde muur van onwil aan, waarbij ik letterlijk te horen kreeg ‘regels zijn regels’ en dat soort filosofische waarheden. In de loop van de ochtend werd duidelijk dat ik me zonder krukken toch echt niet kan voortbewegen, dus ik ging op zoek naar een telefoonnummer van iemand die me aan krukken zou kunnen helpen. Bij de meeste telefoontjes was het voor mij volstrekt onduidelijk met welke instantie ik te maken had, ik werd voortdurend doorverbonden en doorverwezen maar het resultaat was nihil. Krukken worden niet op m’n werk afgeleverd ‘omdat we dat nou eenmaal niet doen’, ze kunnen op z’n vroegst pas morgen worden gebracht ‘want terminale patiënten gaan voor’ en een collega mag ze niet op komen halen als hij geen geldig legitimatiebewijs heeft, ook al neemt hij een vervoerspas met foto, werkpas met foto, mijn rijbewijs en mijn verzekeringspas mee. Ik hoorde de McCleans-vriendelijke dames aan de andere kant van de lijn allemaal hun schouders ophalen als ik vroeg of ze me een suggestie aan de hand konden doen over hoe ik nu naar huis moet komen. Eentje wist me nog te vertellen hoe klantvriendelijk ze zijn (geen idee wie ‘ze’ in dit geval waren).
Een dure collega helpt me uit de brand en haalt de krukken op. Dat is maar goed ook, want als ik zelf in de ‘thuiszorgwinkel’ had gestaan was m’n frustratie er misschien wel heel destructief uitgekomen.

maandag 12 oktober 2009

Paul Frissen, Staatspaternalisme NRC 12 oktober

En meteen nog maar een artikeltje, dit keer ongevraagd overgenomen omdat het bijna letterlijk van mij zou kunnen komen. Ware het niet dat Frissen het veel beter opschrijft natuurlijk:

STAAT ACHTER DE VOORDEUR, ONDER HET BED EN TUSSEN DE OREN

De politiek is in de greep van de verheffing. Met opluchting wordt afscheid genomen van postmodern cultuurrelativisme. De staat mag, nee moet weer beschaven. Paternalisme is helemaal terug. Moraliseren is de nieuwe politieke correctheid. Van links tot rechts wordt de burger bij hand genomen, voor zijn eigen bestwil en tot heil van de gemeenschap. De pleidooien voor verheffing suggereren dat de staat momenteel moreel neutraal is en relativistisch, dat onvoldoende over waarden en normen wordt gewaakt, dat te weinig wordt opgetreden.

Ik zie eerder het omgekeerde. Verheffingsideaal en verheffingsbeleid zijn alom.

Het kabinet bereidt een Handvest Verantwoordelijk Burgerschap voor. Toen ambtenaren mij daarover consulteerden heb ik aan hen gevraagd of het kabinet een ander volk wil. Te weinig burgers zijn kennelijk verantwoordelijk. Ik heb hen erop gewezen dat in een democratie de verhoudingen helaas anders liggen. De burger kan een ander kabinet willen, niet andersom. Sterker nog, de notie van burgerschap houdt in dat de burger eenzijdig zijn verhouding met de staat definieert. Voor het overige moet de burger vooral tegen de staat worden beschermd. Het handvest komt er.

Het kabinet heeft een nota uitgebracht over gezonde voeding. Onderdeel daarvan is het propageren van borstvoeding. In de conceptversie van dit beleidsstuk stonden naar verluidt nog kwantitatieve indicatoren om het beleidssucces te meten. Curieus is natuurlijk dat het kabinet opvattingen over borstvoeding heeft en die ook wil uitventen.

Morgen debat over de kunst van het verheffen
Voor morgen hebben de Rotterdamse Raad voor Kunst en Cultuur en NRC Handelsblad in Rotterdam het tweede debat over de kunst van het verheffen in de serie van drie ‘De stad als laboratorium; de epiloog’ georganiseerd. Het debat gaat over de rol van de bestuurlijke elite bij de verheffing van het volk en over de opvatting dat kunst en cultuur een bijdrage kunnen leveren aan burgerschap, het zich verplaatsen in de ander.

Wat kunnen de mensen zelf doen in de wijk? In hoeverre dragen de stichting Kosmopolis en een Nationaal Museum voor de Geschiedenis bij aan de vorming van de burger?

Deelnemers zijn naast Dominic Schrijer, Eltje Bos, (organisatieadviseur culturele diversiteit), Özkan Gölpinar (Programmamanager diversiteit bij het Fonds Beeldende Kunsten, (Vormgeving en Bouwkunst), Jantien Hadders (Berenschot) en Valentijn Byvanck (directeur Nationaal Historisch Museum). De voorzitter is Bas Heijne (NRC Handelsblad).

Dinsdagavond, 20:00 uur in Theater Lantaren/Venster in Rotterdam. De toegang is gratis. Reserveren is verplicht.
Het terrein van jeugd en gezin is sowieso een nieuwe frontlijn, waar taskforces, kwartiermakers en interventieteams beschavingsoffensieven uitvoeren.

Een bekende psycholoog maakt een opvoedingscanon. Daarin staat universele kennis over goede opvoeding die los van culturele contexten schijnt te bestaan. Dat kan nog als een naïeve activiteit worden gedefinieerd, maar wat als nieuwe politieke meerderheden deze canon een meer verplichtende status geven? Of aanvaarden wij deze activiteiten alleen als de politieke meerderheden ons bevallen?

Er zijn tegen het ideaal en de politieke praktijk van de verheffing de nodige bezwaren in te brengen.

Allereerst moeten we nooit vergeten dat wij aan de staat met goede redenen het geweldsmonopolie hebben toevertrouwd. Met dit monopolie handhaaft de staat de rechtsorde en beschermt hij de vrijheid van de burger. De vrijheid van de burger is zijn fundamenteel recht op anders zijn. In ons verschil zijn wij voor staat en recht gelijk. Daarom is de bescherming van de minderheid een belangrijke democratische opgave. Het geweldsmonopolie moet voorkomen dat deze verschillen tot geweld leiden. Onze onenigheid moet draaglijk blijven. De staat kan dat alleen gezaghebbend doen als hij ten aanzien van alle verschillen neutraal blijft. Hij handhaaft de normen – wat niet mag. Hij bemoeit zich niet met de waarden – wat moet. Althans, zo zou het moeten zijn. In werkelijkheid is de staat allerminst neutraal en zeer actief in het domein van de waarden. Er moet immers heel veel: emanciperen, gezond leven, veilig en verstandig eten, participeren, solidair zijn. Dat klinkt sympathiek, maar de staat is geen sympathieke organisatie. Omdat de staat de dwang hanteert en dus als enige institutie immoreel mag handelen moet hij verre blijven van onze moraal. De dreiging ligt altijd op de loer dat politieke meerderheden hun opvattingen over het goede leven aan minderheden opleggen. Dan bevoordeelt de staat liberale geloofsopvattingen boven orthodoxe. Dan sluit de staat een school die uitstekende Cito-scores, maar onaanvaardbare opvattingen heeft. Dan voert de staat een cultuurpolitiek en noemt deze multicultureel. Mij zou het zeer benieuwen of verheffers het aanvaardbaar vinden als een voor de verheffer verachtelijk ideaal via statelijke dwang aan de verheffer zelf wordt opgelegd.

Evenmin mag de staat zich bemoeien met de waarheid. De geschiedenis kan onmogelijk worden gecanoniseerd, zolang er strijdige historische interpretaties zijn. Voor de een is de Beeldenstorm een verzetsdaad, voor de ander cultuurbarbarisme. Dat scheelt in Nederland slechts kilometers. Trots is in het politieke domein net zo gevaarlijk als een pertinente waarheidsopvatting. Een politicoloog zei ooit dat machthebbers het zich kunnen permitteren niet te leren. We hebben machthebbers nodig om de samenleving te beschermen tegen al te enthousiaste verkondigers van de ene waarheid.

Als er al verheffing nodig is, dan zou de politiek eerst naar zichzelf moeten kijken. Ik zie te veel uitroeptekens en hoofdletters als om leiderschap wordt gevraagd. Ik zie een te grote begeerte naar oprekking van bestuurlijke bevoegdheden. Ik zie een onstuitbare ambitie om te interveniëren achter de voordeur, onder het bed en tussen de oren. Ik zou politieke machthebbers de volgende vragen willen voorhouden. Beheert u de instrumenten van de macht op een gematigde en terughoudende wijze? Respecteert u voldoende het verschil en beschermt u de minderheid, ook als het gedrag u niet bevalt? Zorgt u voor checks and balances in uw domeinen van handelen? Normeert u de statelijke interventies voldoende? Beseft u, kortom, voldoende dat het gevaar van de macht verplichtend werkt? De nobele arbeid van de verheffing kan dan aan de samenleving worden gelaten.

zondag 11 oktober 2009

Dick Jansen, Kiezen voor Wilders uit morele armoede

Hier een stuk dat ik niet zelf heb geschreven maar waar ik zo volkomen achter sta dat ik het graag publiceer:

Een compliment voor de NRC-redactie met een onderzoek naar de achtergronden van de PVV-achterban. Maar worden we nu werkelijk zoveel wijzer? Er klinkt veel rancune door, veel behoefte aan een sterke man, maar waar die behoefte nu precies vandaan komt, daar komt het onderzoek niet aan toe. Terwijl de laatste verkiezingsuitslagen in dezelfde krant daar wel een helder aanknopingspunt toe biedt. De PVV werd de grootste partij in Limburg, Zeeuws-Vlaanderen, de kop van Noord-Holland, Oost-Groningen, Lelystad, Volendam. Dat is van immens belang. Want: “It’s the economy stupid” zoals Bill Clinton zei.
Wil je meer weten over de motivaties van de PVV-er, dan moet je niet alleen luisteren naar wat hij zegt, hoe relevant ook, maar wat hij is en waar hij woont. En hoe hij is opgegroeid en opgevoed. Let bijvoorbeeld op de overstap van SGP naar PVV: dat duidt op een opvoeding in een autoritair milieu. En meestal is het een man, ja: dat heeft ook betekenis. In een feminiserende samenleving met een onderhandelingscultuur verliezen deze kiezers hun houvast. Als daar een al jaren groeiende economische onzekerheid overheen komt, en er is een populist aanwezig die het boek Woede en Tijd van Peter Sloterdijk goed gelezen heeft en als een administrateur de woede voedt en onderhoudt, dan is het voor zo’n rattenvanger gemakkelijk scoren. Ik ben geboren in Zeeuws-Vlaanderen, kom er nog steeds en heb kunnen waarnemen hoe de teruggang al twintig jaar geleden zichtbaar werd. En ik ervaar ook dat in de Randstad, laat staan onder Haagse kaasstolp, geen notie bestaat over wat zich in Axel, Venlo, Lelystad en Wieringerwerf afspeelt.

De wereld waarin de PVV-er is opgegroeid en opgeleid was homogeen blank, overzichtelijk, gebaseerd op een continue economische groei die zekerheid verschafte voor hypotheken een consumptieve leningen. De als bij natuurwet stijgende huizenprijzen creëerde daarbij een extra waarde die doorgaans ook geconsumeerd werd. Het manifesteren van de toegenomen welvaart in uiterlijkheden als woning en auto werd doel op zich om de maatschappelijke status te bevestigen. De eenzijdigheid van de beroepsopleidingen die uitsluitend gericht waren op utilitaire principes en niet op de overdracht van culturele waarden heeft deze drang tot consumentisme versterkt: deze groep beschikt niet over andere middelen om maatschappelijk succes uit te drukken dan door de manifestatie van consumptie. Geld is in alle interviews als een permanente achtergronddreun aanwezig. Daarin wijkt zij af van de doorsnee kiezer. Zodra er bedreigingen zijn van deze welvaart is deze groep dan ook als eerste vatbaar voor populisme. De komst van moslims vanaf de jaren zeventig was niet eerder een probleem, tot Fortuyn en later Wilders hen als zondebok aanwees. Deze populisten wisten de meeste aanhang te verwerven in gebieden waar amper moslims wonen en die al ruim voor de kredietcrisis met teruggang te maken kregen: niet de stedelijke achterstandsgebieden maar de krimpregio’s in de uithoeken van het land, vissersplaatsen, de nieuwe polders. De focus van de landelijke politiek en media op moslims en de problemen die in enkele wijken in de grote steden bestaan leiden tot een gevoel van miskenning. Het is opvallend dat nu pas een minister (Eberhard van der Laan) krimp als een probleem erkent. In Duitsland en Frankrijk is de leegloop van het platteland en de teruggang van het geboortecijfer al veel langer een belangrijk politiek item. Het leidt immers tot regionale economische neergang. Huizen blijken onverkoopbaar, gezinnen trekken weg, de zorg wordt uitgehold, het onderwijs verschraalt: jong-bejaarden zijn mantelzorgers van de hoogbejaarden, thuiszorg wordt vervuld door onervaren jonge vrouwen en mannen tegen lage betaling uit Roemenië, Congo en Zuid-Amerika, ouderenvervoer door onervaren bedrijven en onervaren chauffeurs omdat ook in deze sectoren marktwerking zo nodig moest worden ingevoerd en kwaliteit een mindere rol speelde dan de prijs. Een rechtstreeks gevolg van het tot op de dag van vandaag doorwerken van het utilitaire denken. De rekensommen beheersen de zorg. Stuk voor stuk punten op de agenda van Wilders.

Het algehele gevoel van aantasting van zekerheden die vanaf de wederopbouw na de 2e W.O. onaantastbaar leken, opgeteld bij de extreem sterke focus op één bevolkingsgroep in de grote steden, het na de secularisering ontbreken van andere zingevende waarden dan consumptie en het verloren gaan van zingevende verbanden tussen hoger en lageropgeleiden zoals voorheen binnen de zuilen leiden tot de huidige politieke verwarring. De PvdA kan deze groepen niet meer aan zich binden omdat zij geen zekerheid kan geven over de welvaartsgroei in de toekomst, hoe amechtig Bos dat ook probeert. Ook de eenzijdige focus op de problemen met enkele groepen binnen de moslimgemeenschappen stoot de PVV-er eerder van de partij af dan dat zij er aantrekkelijk door wordt. Het gevoel van miskenning, van niet gezien worden, is de andere rode draad in de interviews. Niet toevallig sneerde Wilders bij de Algemene Beschouwingen over al die miljarden die in de Vogelaarwijken verdwijnen. Geld wat aan de neus van zijn achterban voorbij gaat.
De VVD kan deze groepen ook niet binden. Wiegel had kans gezien om deze groepen naar binnen te halen door het benoemen van de welvaartsgroei van deze groep als een persoonlijk succes. Nu blijkt de VVD met haar afkeer van communitarisme maar een pleitbezorger van individualisme geen schuilplaats van de bedreigden te zijn die toch hunkeren naar een gemeenschappelijkheidsgevoel zoals de zuilen dat vroeger boden. En dan ook nog de AOW verhogen: weer pist deze groep miskenden naast de pot!
De SP heeft op zich alles in huis om deze groep aan zich te kunnen binden, maar slaat de plank waarschijnlijk mis door haar arbeideristische imago omdat de PVV-er zich als middenklasse beschouwt. Zie de schampere opmerkingen over ordinaire vrachtwagenschauffeurs. Een te sterk afzetten tegen zakkenvullers kan dan ook averechts werken bij de redelijke verdienende (lagere) middenklasse voor wie de nieuwe rijken een rolmodel zijn.
GroenLinks en D66 zijn vanwege hun hoge intellectuele gehalte per definitie voor deze groep niet aantrekkelijk. De nadruk van GroenLinks op minder consumptie vanuit duurzaamheidsoverwegingen stoot deze groep sowieso van zich af. D66 is te liberaal en niet gericht op gemeenschapsvorming om deze groep aan te spreken. Ook hebben zij geen duidelijk uitgesproken visie op de rol van de overheid. Zij zijn wat Charles Taylor noemt de procedurelen: rationalisten die hun opvatting over overheidsinterventies laat afhangen van het verwachte resultaat van de interventie. Dus niet de vooropgestelde visie of moraal bepaalt het standpunt, maar de uitkomst van een utilitair proces. Voor mensen die houvast zoeken is een dergelijke procedurele benadering veel te abstract. Prietpraat.
Kortom: deze groep is politiek dakloos geworden. En een potentieel electoraat voor populistische gelukszoekers. Het is verbazingwekkend dat de Haagse politiek de strijd aanbindt met Wilders om zijn platte retoriek, maar niet omkijkt naar de achterliggende motivaties van zijn achterban. Stimuleren van economie in de krimpregio’s, wegwerken van achterstanden in de zorg, juist daar, mensen via opvoeding, onderwijs en voorlichting wapenen tegen ondermijnende effecten van de commerciële beeldcultuur die leidt tot hyperconsumptie (roofbouw op de planeet) en verlies van waarden. Schenk geen aandacht aan Wilders, maar aan zijn achterban! Veel aandacht.

Dick Jansen
Wethouder GroenLinks Amsterdam-Westerpark

zaterdag 10 oktober 2009

FNspVV

Hoe was het ook alweer? Verbintenis van cultureel populisme en economisch arbeiderisme? Van nationalisme met socialisme...

maandag 5 oktober 2009

Storm

Typisch Nederlands is onze collectieve dementie. Nederlanders hebben geen enkel historisch besef en ook al geen geheugen. Daarom is het wel goed dat er een film over de overstroming van ’53 is gemaakt. Er wordt goed in geacteerd, de special effect zijn in orde, het verhaaltje biedt best een mooie kapstok om het publiek mee te laten leven met de ramp. Maar helaas, dat gebeurt nou juist niet. Niet alleen voel je helemaal niks van de kou, de ellende en de angst die er geweest moeten zijn, het is ook al lastig om met de hoofdpersoon mee te voelen. Als ze voor de vijfde keer het water induikt om naar haar baby te zwemmen denk ik alleen nog maar ‘trek die trui toch uit meisje’. Een saaie film waardoor je je afvraagt waar die Zeeuwen nou zo’n stennis over maken.

Burger in de knel

Maakte de overheid zich de afgelopen jaren nog druk over de ongekende burger, die het in z’n onbekendheid moeilijk maakte om effectief en gedragen beleid te maken, tegenwoordig is onbekendheid bepaald het probleem niet meer. Tot in vergaand detail is alles over iedere individuele burger bekend bij overheden en bedrijven. Van vingerafdrukken tot financiële schulden, van surfgedrag tot politieke voorkeuren. Het is niet langer een probleem van de overheid dat zij burgers niet kent, het is een probleem voor een paar burgers als zij niet goed bekend staan. Maar ach, waar gehakt wordt vallen spaanders. En gehakt wordt er, in naam van een abstracte veiligheid. Wie zich niet kan of wil identificeren vanwege vette vingers, persoonsverwisseling of registratiefouten kan helaas geen huis kopen, telefoonabonnement afsluiten of medische behandeling ondergaan. Wie andere meningen wil uiten dan die van de meerderheid, en dat ook nog op een alternatieve manier doet, past niet in het gewenste beeld van burgers en wordt aangehouden, verwijderd, gecensureerd. Actievoerders verdwijnen voor de duur van een evenement in de cel, cartoonisten worden opgepakt en journalisten worden in gijzeling genomen.
Eigen verantwoordelijkheid van burgers wordt vertaald als: je gedragen zoals de overheid voorschrijft. Koop een reddingstonnetje tegen overstromingen, snuit je neus in een papieren zakdoek, laat je persoonsgegevens niet achter op facebook en machtig je dokter op een epd aan te leggen. Als je eigenwijs bent, tja, dan moet je het zelf maar weten en ook niet raar opkijken als je boetes krijgt op grond van de identificatieplicht, als je niet adequaat geholpen wordt als je in een allergische shock raakt, als je een jaar lang de winkels in je stad niet meer in mag omdat je bent aangemerkt als ongewenste klant. Vrijheid is er alleen voor diegenen die zich conformeren aan de aanwijzingen van vadertje staat.

Burgers die anders zijn dan anderen, of die de pech hebben dat ze ergens fout geregistreerd zijn, kunnen geen kant op. Je moet passen in de systemen en de systemen zijn alomvattend. Als je niet past, jammer, je was kennelijk ook geen echte typische Nederlander dus waar maken we ons druk om. Ook de manier waarop je je kan beklagen is in een beperkend en belemmerend systeem gegoten. Je bent al gauw niet ontvankelijk, te laat, aan het verkeerde adres of je doet je beklag op de verkeerde manier. De overheid is er niet om macht en onmacht te reguleren, maar om wetten te maken en toe te passen. De overheid is er niet om burgers te beschermen maar om het land, de natie, te beschermen.

1984 en Brave new world zijn al lang geen fictie meer.

De missie van BZK zou moeten zijn: opkomen voor burgers. Maar nee, we komen met een lang en abstract verhaal waarin het ministerie zich nadrukkelijk aan de kant van het openbaar bestuur, het beheren en beheersen van dat wat publiek is, plaatst.

dinsdag 22 september 2009

Nederland zuiver

Albayrak wil neef-nicht huwelijken verbieden en Ter Horst gaat voetgangers controleren op alcoholgebruik. De term politiestaat dringt zich toch steeds meer op moet ik zeggen. Misschien hysterisch, maar god ik word dan ook hysterisch van het voortdurende verbieden, controleren, kleineren van burgers.
Het is ongewenst, gedwongen huwelijken van buitenlanders die mogelijk zieke kinderen krijgen of teveel immigratie, wie zal het zeggen, en vechtpartijen op straat of pissen tegen de muren of geluidsoverlast van lallende feestvierders. Het is niet helemaal duidelijk welk euvel nu weer moet worden aangepakt, en ik begrijp best dat het allemaal ver-schrik-ke-lijk is voor de slachtoffers of de samenleving in z’n totaliteit, tjonge je moet er toch niet aan denken onze vredige samenleving gaat aan straatpis en Turkse domme gansjes ten onder.
Ik begrijp alleen niet dat de vrijheid van zestien miljoen niet huwende, niet messentrekkende mensen daar maar weer voor terzijde geschoven moet worden.
Ik begrijp ook niet hoe je een verbod op neef-nichttrouwen, en een verbod op rondlopen met een neut op, gaat handhaven. Gaan we voortaan bij ieder huwelijk uitgebreid stamboomonderzoek doen? Dna-tests uitvoeren? Misschien is dat nog wel een idee, combineer de alcoholblaastest met een check op de familierelaties, ben je in één keer klaar. Als je de uitkomsten van al dat getest nou eens even bijschrijft op het excelsheet in de centrale database van vingerafdrukken, sofinummers en persoonsgegevens voldoet de overheid eindelijk aan haar belofte de administratieve lasten terug te dringen. Nu nog even wachten tot de PVV of Verdonk er een wet door krijgt die uitzetting mogelijk maakt van iedere vingerafdruk waaraan antecedenten verbonden zijn en hoezee! Eindelijk wordt Holland weer van de jongens van Jan de Wit.

maandag 21 september 2009

Afluisteren

In het nieuws een hoop verontwaardiging over een mevrouw die haar leven niet meer zeker is nadat ze een telefoontje had gepleegd naar ‘meld misdaad anoniem’. Het gekke is dat de verontwaardiging alleen maar gaat over het feit dat haar anonimiteit is opgeheven. Dat komt doordat ze door de politie was aangemerkt als belangrijke getuige, en daarom werd haar telefoon afgeluisterd. Dat vind ik dan weer maf, dat je kennelijk afgeluisterd kan worden als de politie vermoedt dat je ergens getuige van bent geweest. Ik vraag me meteen af waar ik de laatste maanden geweest ben, wat ik allemaal mogelijk gezien zou kunnen hebben. En mijn lange intieme gesprekken aan de telefoon, hebben daar een paar van die gastjes met een blauwe klep op zitten meeluisteren? Grappen makend over mijn chaotische liefdesleven, brakend over mijn emoties? Of nog erger, spitste een terroristenjager misschien zijn oren toen ik met een vriendin met een exotische naam zat te kankeren op het kabinet?
Ik zal het nooit weten. De kans dat je getapt wordt is groot in dit land, met de meeste telefoontaps ter wereld en de minste aanleiding om burgers te controleren. Als je ‘niks te verbergen hebt’ mag je niet klagen, en als de tappers geen administratieve foutjes maken waardoor je perongeluk kwalijke antecedenten in je cv krijgt, of bedreigd wordt door zware criminelen, heb je er ook geen last van. Alleen een onprettig idee, die politieagenten die zich vrolijk maken over mijn zieleroerselen.

woensdag 16 september 2009

hoofddoeken

Ik doe aan zelfcensuur omdat ik op geen enkele manier de indruk wil wekken dat ik ook maar iets met Wilders gemeen zou hebben. M'n stukje over vrouwen in bespottelijke gewaden haal ik dus weg.
Hoewel ik mij het recht voorbehoud om te vinden dat gothic hekse-outfit, te grote afzakbroeken en niqaabs er idioot uitzien, meen ik dat alle dragers van zulke stomme kledij het volste recht hebben om zichzelf zo uit te dossen. Als ik maar mag lachen.

het goede voorbeeld

Voor me uit fietsen twee agenten, ‘politie’ in fiere fluorletters op de schouders. Ze dragen helmpjes maar ze slalommen geoefend om obstakels heen, nemen de bocht ruim over de rijbaan in plaats van het haakse fietspad en één van de twee heeft geen licht. Net echte fietsers. Als ik ze inhaal giechel ik ‘u heeft geen licht’ en ik krijg een agressieve snauw terug. Geen humor. Andersom had ik op z’n minst kunnen gaan lopen, of gewoon zestig euro dokken.

woensdag 9 september 2009

Gelijkheid...

Zonder geloof, hoop of liefde is het leven wel erg triviaal. Ik denk dat mensen daar onzeker van worden, ze weten dat hun leven, dat zijzelf, triviaal zijn. We willen zo graag iets zíjn.
Iets zíjn, iets voorstellen, dat betekent het hebben van een identiteit. Tegenwoordig zijn het de media die je een identiteit kunnen verlenen. Het gaat om bekendheid, gezien worden door zoveel mogelijk mensen. Voor de miljoenen voor wie fifteen minutes fame niet zijn weggelegd blijft gelukkig nog het fan-schap over. Door fan te zijn van iemand kan je je met die persoon identificeren, deel je alsnog een beetje in de bekendheid. Alleen gekend worden betekent dat je er toe doet.
Als je het niet eens op kan brengen om iemands fan te zijn, blijft slechts jaloezie over. Wie denken die bekende mensen wel dat ze zijn? Ze moeten hun kop maar weer gauw onder het maaiveld steken, dan voelen we ons weer lekker gelijk.

maandag 7 september 2009

NRC

De nrc meent een paradox te ontwaren: uit onderzoek blijken krantenlezers weinig waardering op te brengen voor stoer taalgebruik, en toch groeit de PVV. Duhuh, alsof PVV-kiezers een krant lezen!?

zondag 6 september 2009

Integratiedebat

In de afgelopen tien jaar is, onder invloed van de 9/11 aanslag, het debat over buitenlanders in Nederland verschoven van een debat over ‘migratie’, via ‘allochtonen’, naar ‘de islam’. Daarmee is de probleemanalyse verschoven van de vraag of de Nederlandse economie en het sociale zekerheidsstelsel de toestroom van buitenlanders wel aan kon (migratie), via de vraag of allochtonen wel voldoende in de Nederlandse cultuur pasten en of zij niet voor specifieke veiligheidsproblemen zorgden, naar bescherming van abstractere ‘typisch Nederlandse’ waarden, normen en overtuigingen.
Dat betekent dat integratie in eerste instantie betrekking had op de economie, vervolgens op criminaliteit en overlast, en uiteindelijk op de Nederlandse cultuur en rechtsstaat.

Spreken over ‘buitenlanders’ of over ‘Marokkanen’ of ‘Antillianen’ wordt in Nederland veelal direct geassocieerd met racisme of fascisme. Zulke termen roepen zoveel emoties op dat er geen debat kan plaatsvinden. Het integratiedebat wordt daardoor met omfloerste en eufemistische woorden gevoerd, en het discours van degenen die tegen buitenlandse invloed op Nederland zijn, wordt acceptabel doordat het over acceptabele onderwerpen lijkt te gaan: de vaderlandse geschiedenis, Joods-Christelijke waarden, de verworvenheden van de rechtsstaat. Neveneffect daarvan is wel dat degenen die debatteren over buitenlanders, definiëren wat die geschiedenis, waarden en verworvenheden dan precies zijn. Voor iedereen die andere opvattingen heeft is het bijzonder moeilijk om het initiatief terug te nemen, vanwege de associatie met ‘extreem-rechts’.

Het acceptabele discours heeft ook tot gevolg dat extreem-rechts niet meer extreem wordt gevonden. Omdat de gevestigde politieke stromingen en intelligentsia nagelaten hebben om problemen met de integratie van buitenlanders te benoemen, zijn zij na het electorale succes van Fortuyn terughoudend bij het bestrijden van rechts-extremisme. Bovendien hebben die rechts-extremismen het over legitieme onderwerpen.
In de nabije toekomst zal er steeds meer politieke druk ontstaan, onder het mom van bescherming van Nederlandse waarden en van de rechtsstaat, om de rechtsbescherming van individuele burgers (van verdachten!) minder stringent te maken. Het risico daarvan is dat er een vicieuze cirkel ontstaat van het in de hoek drukken van bevolkingsgroepen, toenemende uitsluiting leidt tot toenemende normoverschrijding, en daarmee wordt bevestigd dat die bevolkingsgroepen inderdaad een probleem voor de samenleving vormen.

dinsdag 1 september 2009

Spiegeltje spiegeltje aan de wand

Ik herken mezelf in een column waarin een venijnig beeld van hoogopgeleide liberalen wordt geschetst. In een filmpje waarin facebookers te grazen worden genomen. Een cabaretier steekt de draak met mijn type. Auw. Maar ik ga er niks anders door doen. Hooguit heb ik wat meer compassie, met domoren, huichelaars en schreeuwlelijkerds.

donderdag 27 augustus 2009

Griep

Als ik als een kind word behandeld ga ik me gedragen als een kind. Tante overheid probeert me op te voeden zodat ik m'n handen ga wassen en een stapje achteruit zet zodra iemand kucht. Mensen ter begroeting zoenen kan natuurlijk al helemaal niet. Heel kinderachtig, ik ben nog nooit zoveel kennissen enthousiast om de hals gevlogen. Als ik eerlijk ben hoop ik er op dat ik iemand bij de overheid tot frustratie kan drijven, oog om oog tand om tand tenslotte. Laat ik me maar niet druk maken om de tonnen publiek geld die weer eens in de postbus-51-put gestort zijn.

maandag 24 augustus 2009

RMO bundel Polarisatie

Aardige bundel essays, al zijn ze niet allemaal even lezenswaardig. Met name het essay van Tsjalling Swierstra en Evelien Tonkens, 'Gebrek aan zelfrespect, orde en zingeving' sloeg bij mij wel aan. Ook Halleh Ghorashi, 'Polariseren in het Nederland van nu betekent olie op het vuur'.
Het jammere van dit soort bundels is dat het waarschijnlijk alleen gelezen wordt ter bevestiging van al bestaande ideeën, daar ben ik vast niet de enige in. Kan ook niet anders want er doemt niet echt één duidelijke boodschap uit de hele bundel op, het kabbelt allemaal een beetje door als een staande receptie na een themamiddag. Maar toch, het inzicht dat de moderne verliezers behoefte hebben aan duidelijke leiders die vooral eenvoudig vertellen wat er moet gebeuren, blijft me bij.
hier de RMO pagina

woensdag 24 juni 2009

Dieren hebben geen rechten

Dieren hebben geen rechten. Dat klinkt maf, zeker als het van een levenslange vegetariër komt zoals ik, maar toch is het zo. Rechten zijn een morele categorie, en dieren hebben geen moraal. Ze kennen geen goed en kwaad, je hebt geen ‘slechte’ dieren. Dieren hebben net zomin plichten als rechten.
Mensen daarentegen hebben niet alleen mensenrechten (het ‘mensen’ in dat woord doelt niet op mensen naast andere dieren, maar heeft betrekking op het universele aspect: rechten voor alle mensen). Mensen hebben ook plichten, ook jegens dieren. Mensen zijn morele wezens, een bijzondere versie van sociale dieren. Voor mensen gelden normen als goed en kwaad, als zonde en goede daden. Mensen die slecht met dieren omgaan, die dieren mishandelen of cynisch gebruiken voor economisch gewin, die dieren het leven onmogelijk maken of ze opsluiten in kleine hokjes, zijn slecht. Ze verzaken hun verplichtingen. De verplichting om respectvol met levende wezens en met de natuur om te gaan, de verplichting om bij te dragen aan vrede en welzijn en om van de wereld een betere plaats te maken.
Mensen die immoreel handelen tasten vooral de mensheid aan. Moraliteit is datgene wat ons allen tot mens maakt, wat het mogelijk maakt om het goede te kiezen en wat ons dus de vrijheid geeft om een goed leven te leiden. Mensen die dieren mishandelen tasten mijn vrijheid aan.

april 2010, kinderen hebben ook geen rechten

Mijn punt is eigenlijk dat mensenrechten/burgerrechten echt exclusief voor mensen/burgers zijn, niet om allerlei andere wezens van de goede dingen des levens uit te sluiten maar omdat grondrechten nadrukkelijk gekoppeld zijn aan de politieke sfeer. De mens als homo politicus zeg maar.
Ik vind het een misvatting dat mensenrechten een beschermingsinstrument zijn, het zijn rechten, en die dienen wel beschermd te worden maar je hebt die rechten op grond van je mens-zijn. Een moreel politiek fenomeen dus. Mensen met die rechten zijn actor, niet onderwerp van bescherming en beleid. Ze zijn in de eerste plaats volwassen, onafhankelijk, zelfstandig enz.

Dat neemt helemaal niet weg dat dieren en kinderen, om morele redenen, goed behandeld moeten worden. Dat is m.i. niet een recht van die kinderen en dieren, want zij zijn geen politieke wezens met rechten, maar het is een plicht voor volwassenen en instanties. Een mooi gebouw heeft ook geen recht op schone muren en regelmatig onderhoud, maar het is wel een plicht voor voorbijgangers om de muren schoon te houden.
(grond)rechten zijn niet de enige manier om iets te beschermen.

De figuur van de onschendbaarheid lijkt mij het eenvoudigst, en is typisch van toepassing op onmondigen (vandaar de eeuwige discussie over de koningin die uitgesloten is van grondrechten). Als je in wetten en verdragen opneemt dat kinderen onschendbaar zijn, mag niemand meer kinderen mishandelen, opsluiten, tot arbeid dwingen, uithongeren enz. Maar de sociale rechten, zorg en onderwijs enzo, zijn dan rechten die zich op de ouders (instanties met ouderlijke macht) richten, en het zijn die ouders die er belang bij hebben hun kind van alle zorg te voorzien.
Waar ouders een bedreiging voor hun eigen kinderen vormen, heb je jeugdbescherming net als dierenbescherming. De overheid heeft m.i. wel een plicht kinderen en dieren te beschermen tegen iedereen die die onschendbaarheid overtreedt.

Haarkloverij, maar daar hou ik erg van ;-)

woensdag 17 juni 2009

dienstverlening

Krijg nou wat een envelop van het centraal incassobureau op de mat, jeetje alweer te hard gereden? Maar nee het is een keurige brief met de mededeling dat een eerdere meting fout was en de toen betaalde boete zal automatisch terug worden overgemaakt.
Ik loop middenin de nacht langs het busstation te balen dat m’n fiets kapot is. Net rijdt lijn 24 langs, die zou ik moeten hebben maar ik sta dus niet aan de halte. Ik zwaai, hij stopt toch en de chauffeur stempelt vriendelijk m’n al jaren verlopen strippenkaart af.
Het is niet allemaal kommer en kwel.

zondag 14 juni 2009

paspoort

Burgerschap impliceert zelfbeschikking, vrijheid, verantwoordelijkheid, eigen keuzes en beslissingen kunnen nemen. Mensen kunnen geen burger zijn zonder dat hun grondrechten en politieke vrijheden worden gewaarborgd.
De laatste jaren zijn onze individuele burgerrechten en vrijheden sterk geërodeerd, in naam van de veiligheid. We worden overal bekeken en beoordeeld, we worden gecensureerd en als we ons niet conformeren aan de normen van de gemeenschap lopen we het risico strafrechtelijk te worden lastiggevallen. Informatie over onszelf wordt vrijelijk uitgedeeld aan bedrijven, overheden en instanties zonder dat ons wordt gevraagd of we ons bekend willen maken aan zulke instanties. We zijn geen burgers meer, maar onderdanen van een betuttelende overheid die éénzijdig bepaalt of ze ons vertrouwt.
De druppel die een definitief einde maakt aan het burgerschap in Nederland is de centrale registratie van onze complete identiteit, en de onmogelijkheid om je daaraan te onttrekken. Ik heb er weinig vertrouwen in dat de overheid ons kan beschermen tegen hackers en identiteitsfraude, of dat er geen fouten gemaakt zullen worden in de persoonsregistratie waardoor mensen slachtoffer worden van Kafkaeske bureaucratische molens. Ik heb ook niet zoveel vertrouwen in AIVD en politie en hun zorg voor de grondrechten van de mensen voor wie universele rechten niet automatisch door iedereen worden erkend. Met de centrale registratie zullen nog meer mensen ten onrechte als verdachte worden aangemerkt, met alle gevolgen van dien.
Een paar jaar geleden kon je er bij registraties nog voor kiezen om informatie over je etnische achtergrond, godsdienst of andere zaken niet te geven. Voor mij betekende burgerschap dat ik niet meehielp met het categoriseren van mensen, dus ik gaf geen gegevens over mezelf waar statistici en risicoanalisten mee aan de haal konden.
Nu is er geen keuze meer. De overheid heeft bepaald dat naam en geboortedatum, adres en sofinummer, vingerafdrukken en uiterlijke kenmerken vrijgegeven moeten worden. Weigeren kan niet, want zonder je te identificeren kan je niet autorijden, naar het buitenland reizen, een bankrekening hebben, aan baan aannemen, stemmen, je verkiesbaar stellen of andere basale activiteiten ondernemen. Geen keuze, geen burgerschap.
In de week dat het kabinet een campagne lanceert om te praten over burgerschap, haalt het parlement de bescherming van burgerrechten en vrijheden definitief onderuit. In machteloze woede verliezen we het laatste restje vertrouwen in democratie en volksvertegenwoordiging.

dinsdag 2 juni 2009

Nationalisme

Alle mensen zijn gelijk maar sommige een beetje meer dan anderen.
De universele verklaring van de rechten van de mens is makkelijk te onderschrijven, natuurlijk heeft iedereen dezelfde mensenrechten. Een mens die in Bihar of Patagonië woont is net zoveel mens als m’n buurvrouw en het kost niets om hun rechten te erkennen.
Maar heb ik ook een zorgplicht voor de hele wereld? Moeten mijn stem, premies en belastingen, waarmee ik bijdraag aan allerlei collectief goeds, ingezet worden om overal te wereld noden te lenigen? Je zou in eerste instantie zeggen van wel, want een Siberisch boertje is mij niet vreemder dan een Zeeuwse tegelzetter. Het zijn allebei mensen, ik zal ze allebei nooit ontmoeten en hun leefstijl, geloofsovertuigingen en taal staan mijlenver van mij af.
Toch werkt het niet, dat universalisme. De spoeling wordt wel erg dun als wij, die paar rijken in de wereld, onze middelen gelijk verdelen over iedereen. Onze overheid heeft ook niks te vertellen over de manier waarop geld besteed wordt buiten de landsgrenzen, en houdt ook geen toezicht op een rechtmatige besteding. Die belastingen en premies worden ook alleen maar geheven binnen de kring van Nederlanders, het komt wat eerlijker over om de zorgen dan ook tot die kring te beperken.
Maar daarmee worden de erkenning van universele mensenrechten en mondiale solidariteit wel erg gratuit. Dat voelt niet lekker, zeker niet voor Nederlanders met ons geheven vingertje. Dus zoeken we naar een manier om de cognitieve dissonantie op te heffen. Dat lukt als we niet alleen strikt onderscheid maken tussen wullie en zullie, door onszelf een gezamenlijke identiteit aan te meten, maar ook als we gaan geloven dat wullie toch net iets meer gelijk zijn dan zullie. Wullie, wij Nederlanders, medeburgers, dat is net een soort grote familie. Wij zijn zo fijn en warm verbonden met elkaar, we hebben jegens elkaar toch een grotere morele zorgplicht dan jegens buitenstaanders, anderen, vreemden. Alle mensen zijn gelijk, maar de persoonlijke ervaring leert dat sommigen toch een beetje meer zijn dan anderen.

donderdag 7 mei 2009

Ambtenaar

Als ambtenaar mag ik wel een eigen mening hebben, en ook uiten. Ik mag alleen tussen negen en vijf niet handelen op basis van mijn mening. De basis voor het werk van een ambtenaar zijn de opvattingen van de minister, van de politiek verantwoordelijke persoon.
Ik kan nog steeds als professional, op basis van mijn expertise, denken en functioneren. De minister wordt het beste ondersteund als ik haar ideeën kritisch tegen het licht hou, aangeef waar naar mijn mening haar redenering mank is of de uitkomsten van haar beleid ongewenst zullen zijn. Maar uiteindelijk geven mijn opvattingen niet de doorslag en moet ik toch gewoon aan het werk: uitvoeren wat de minister me opdraagt. Alleen zo kan de minister verantwoordelijk worden gehouden voor haar beleid, voor al dat werk van al die honderden of duizenden ambtenaren die haar wensen uitvoeren.
Daarom heb ik ook geen arbeidsovereenkomst met een baas, maar ben ik aangesteld door de regering. Zolang ik in functie ben, zijn m’n werkgever en ik geen gelijkwaardige partners die in een contract de ruil van mijn werk voor zijn salaris hebben afgesproken. In plaats daarvan is er een hiërarchische gezagsverhouding waarin ik niet onafhankelijk en vrij ben. Het gaat om de uitvoering van politieke besluiten, en dan kan een ambtenaar niet zelf een politieke rol spelen. Dat is ook wel eens lastig. Je wordt juist ambtenaar omdat je belangstelling hebt voor politiek, voor het ‘algemeen belang’. In je werk ben je voortdurend bezig met politieke onderwerpen. En juist in die functie moet je je onthouden van het zelf bedrijven van politiek.
Daar is een bijzondere arbeidsrechtelijke relatie aan gekoppeld, inclusief vergaande ontslagbescherming. Juist in een politieke omgeving is het van belang dat ambtenaren niet onder druk gezet kunnen worden. De minister betaalt voor ambtelijke loyaliteit de prijs van baanzekerheid.

woensdag 22 april 2009

Macht aan het volk

We gaan het allemaal anders doen. We stoppen met de negentiende-eeuwse liberale rechtsstaat. We stoppen met individuele burgerrechten, gelijkheid, rechtvaardigheid. We stoppen met een overheid die moet zorgen voor veiligheid van burgers, voor ordening en voor recht. Dat is allemaal niet doelmatig, daar maakt de bv-Nederland geen winst mee. Vrijheid van meningsuiting was een geinig idee, maar het moet natuurlijk wel aan banden worden gelegd. Je kan niet alles zeggen, of vinden. Je mag niet oproepen tot overtreding van de wet. Je mag niemand kwetsen. Je mag niet discrimineren. Je dient je mening in het Nederlands te uiten en als je grappig probeert te zijn moet je dat er nadrukkelijk bijvertellen zodat iedereen het begrijpt. Misschien kunnen we verplichten om zo’n televisie-lachsalvo aan te zetten?
We maken de afweging tussen individuele rechten en gelijkheid ook maar eens opnieuw. Indidviduele rechten gelden alleen en voor zover ze niet strijdig zijn met de gelijkheid. Iedereen moet gelijk zijn aan de meerderheid. Je moet eruit zien als de meerderheid, je gedragen als de meerderheid, dezelfde smaak hebben als de meerderheid. Gelijkheid is een groot goed en wij Nederlanders zijn erg trots op onze ruimdenkendheid, dus je mag geen zwarten gehandicapten homo’s of reli’s discrimineren. Marokkanen, behoofddoekte dames, dierenactivisten en voetbalsupporters moeten zich voegen naar onze wet, de wet van de meerderheid. Dat is democratie. Ik hoor bij de meerderheid, kijk maar ik ben wit en hoog opgeleid en links dus ik vertegenwoordig de Nederlanders, dus wat ik vind is waar. Zo waar, dat die anderen hun bek moeten houden, moeten stoppen met hun rare opvattingen over vrouwen en geweld en de manier waarop je je kinderen opvoedt. Vrouwen bijvoorbeeld, die vinden we hier in Nederland absoluut en volledig gelijkwaardig aan mannen. Beter zelfs! Gelukkig hoeven we daar in de praktijk niks mee te doen, als je principes maar correct zijn.
De overheid, dat vooral gaan we anders doen. Voor je veiligheid moet je zelf maar zorgen, en als je wil weten of bedrijven je iets aansmeren dan betaal je je lidmaatschap van de Consumentenbond maar. De overheid is niet langer een politieagent maar een dokter. Wie niet mee wil doen, of niet kan, die moet worden genezen van z’n onmacht. De sneuerds zitten vaak nog in de ontkenningsfase, maar gelukkig zet de overheid alle middelen in om zo vroegtijdig mogelijk in te grijpen en ellende te voorkomen. Als een niet-witte buitenlandse vrouw zwanger is, dan beginnen we vast met bijles van ouders en kind: vader moet ’s nachts de straat op om vandalen tegen te houden, moeder moet het kind liefdevol en met veel aandacht normen en waarden bijbrengen, en voor het kind hebben we tijdig les in taal en zelfredzaamheid. Witte ouders vergeten we niet, maar die vallen in een heel andere risicogroep. Die leggen we een vragenlijst voor over hun drinkgewoontes, jeugdtrauma’s en kwalen zodat we na een gedegen analyse weten wie z’n kind zal slaan, wie het teveel zal pushen om op vioolles te gaan en wie het teveel patat zal voeren.
Mooi toch, On liberty bij het vuilnis en Brave new world als nieuwe handleiding. Zo loodst papa staat ons veilig door kredietstorm en Bin Ladenterreur. Wat een heerlijk zacht bedje!

donderdag 2 april 2009

Leviathan

Ook al ben ik niet zo’n bangerik, er zijn toch een hoop gevaren om rekening mee te houden. Het is misschien wel het belangrijkste wat je leert bij het opgroeien: vuur doet pijn en als je te hoog in de boom klimt val je ook diep. Niet met vreemde mensen meegaan, grote honden niet vrolijk aan hun oren trekken, je fiets op slot zetten en je spaargeld naar een nette bank brengen.
Nu ben ik volwassen en ik kan het allemaal. Ik doe m’n riem om in de auto, ik eet geen kankerverwekkende patat, koop geen buitendijks huis en ik begin niet te schelden tegen een groepje brommerjochies die me uit m’n slaap houden. En dan is er natuurlijk nog de overheid. De overheid, die er primair is voor de veiligheid, voor het beschermen van individuele burgers tegen gevaren die we niet individueel de baas kunnen. Hobbes legde al uit waarom er een overheid is: om ons te beschermen tegen collectieve gevaren.

Tot mijn schrik zie ik echter dat de overheid inmiddels het grootste gevaar ìs. Terwijl wij, burgers, onze veiligheid aan de overheid hebben toevertrouwd: bescherm ons tegen overstroming en hongersnood, tegen vijandelijke buurlanden en tegen oplichters en fraudeurs. Maak recht wat krom is, herstel de orde, bestraf criminelen en organiseer het maatschappelijk verkeer zodat we elkaar niet tot last zijn.

Vooral dat laatste, dat organiseren van de samenleving, gebeurt met regels, ge- en verboden, voorwaarden en eisen. Die allemaal gehandhaafd worden met aanwijzingen en sancties. Om te voorkomen dat we elkaar doodrijden moet iedereen rechts houden en wie dat niet doet krijgt een boete.

Nou is het bij de overheid mode om te proberen te voorkómen dat er sancties opgelegd moeten worden. Het is natuurlijk veel doelmatiger als mensen zich ‘uit zichzelf’ aan de regels houden. De overheid gaat dus ‘slim’ regelen, en dat doet ze door te onderzoeken welke burgers zich waarschijnlijk niet aan de regels zullen gaan houden. En die burgers, de risicogroepen, die worden bestookt met ‘preventief beleid’.

Het is veel makkelijker om burgers in categorieën in te delen, dan om beleid te maken dat de gewenste uitkomsten heeft zonder van burgers aanpassing aan de overheid te vragen. Makkelijker, en goedkoper, is het om alle informatie die je over burgers hebt op een rijtje te zetten en dan als een ware homeopaat de symptomen van deviant gedrag te bepalen. Kerkse christenen slaan hun dochters, kinderen van gescheiden ouders doen aan winkeldiefstal, rokers claimen hoge ziektekosten.

Iedereen die niet in het ideaalbeeld past van de oplettende, brave, Nederlands sprekende, opgeleide, zelfredzame, verantwoordelijke, middenpartij-kiezende, gezond etende en vooral gematigde, burger past, wordt onderwerp van preventief overheidsbeleid. De overheid wil al die devianten er toch toe bewegen zich te conformeren aan datgene wat gedefinieerd is als ‘de samenleving’. Iedereen die niet bij de groep ideale burgers past, hoort eigenlijk ook niet echt bij de samenleving. Hij/zij moet er bij gaan horen, of je wil of niet. De overheid definieert de samenleving, definieert de burger, en definieert integratie: wat moet je doen en hoe moet je zijn om erbij te horen? Dat is het grootst denkbare gevaar, de grootste aantasting van de veiligheid van individuele burgers: onze individuele vrijheid, onze eigen identiteit, wordt ons ontzegd.

maandag 30 maart 2009

Italië

Berlusconi is geen Mussolini en 21e eeuws fascisme is geen jaren-dertig-nazisme. We hoeven denk ik niet direct bang te zijn voor grootscheepse oorlog en genocide. Zelfs basale mensenrechten zullen niet meteen op grote schaal grof geschonden worden, zelfs niet alleen in Italië.
Maar het gebrek aan verontrusting in Europa, terwijl Berlusconi de democratie perverteert tot een populistisch spelletje en de rechtsstaat ondermijnt, dat gebrek aan zorg is gevaarlijke struisvogelpolitiek. Gevaarlijk, omdat onrecht in een land dat lid is van de Europese Unie, ons wel degelijk raakt. Moreel, het doet de mensheid en individuele mensen geen goed als er mensen zijn die kwaad aanrichten. En ook de legitimiteit van Europa, van het internationaal recht en van het principe van een democratische rechtsstaat lijdt schade.

Vrouwe Justitia is geblinddoekt; recht is pas recht als het zonder aanziens des persoons geldt. Sommige dieren zijn niet een beetje meer gelijk dan andere. Een samenleving waarin recht alleen voor bepaalde groepen geldt, is een onrechtvaardige samenleving. Italië en de Italianen maken deel uit van onze samenleving, van dat deel van de samenleving met de pretentie beschaafd en vreedzaam, rechtvaardig en modern te zijn. De winst van Berlusconi is verlies voor ons allemaal.

donderdag 12 maart 2009

Betere overheid

Hoe slecht is de overheid? Hoe fout is Den Haag? In een race om de negatiefste te zijn buitelen we over onszelf heen. Ambtenaren hebben een lage dunk van de politiek, politici vinden ambtenaren verkeerd, overheid en volk staan als erfvijanden tegenover elkaar. En we zijn ook vooral zelf heel slecht. We werken ondoelmatig, bureaucratisch, zitten in een ivoren toren en veroorzaken bizarre administratieve lasten. Hef ons op, daar zou de wereld een stuk beter van worden. En ja hoor, alweer is er een indrukwekkend programma om de rijksdienst te vernieuwen en te verbeteren want het is allemaal maar niks.
Al tientallen jaren draaien we in hetzelfde kringetje rond. Een commissie, programma of verander-SG moet de verkokering bestrijden, de overheid dienstbaarder maken en aangezien dat enorme doelmatigheidswinsten op gaat leveren ook meteen maar even flink bezuinigen. Zodra de verbeteringsacties in gang worden gezet, gooien de ambtenaren heel terecht hun kont tegen de krib. Hun baan wordt bedreigd, hun inzet wordt niet erkend, ze moeten ineens weer alles anders doen terwijl ze het juist zo gedreven deden, en bovendien is het vooral de politiek die de oorzaak is van het falen en van de bovenmatige beleidsproductie. Uiteindelijk blijkt het hele systeem toch te weerbarstig voor structurele veranderingen en bezuinigen lukt ook maar matig en iedereen hapt even naar adem tot de nieuwe verkiezingen en de stoere belofte van alle partijen om nou eindelijk die vermaledijde overheid eens aan te pakken.

Volgens mij is de overheid zo slecht helemaal niet. Ik denk dat ieder systeem z’n knelpunten, ongewenste neveneffecten en nadelen heeft en die probeer je dan zo goed mogelijk te compenseren. Bovendien verandert de wereld om ons heen voortdurend, dus moeten wij ons ook voortdurend aanpassen aan nieuwe omstandigheden. Ik ben helemaal niet tegen verbetering en vernieuwing. Maar het systeem dat we hebben werkt grosso modo uitstekend. Politieke articulatie via algemene verkiezingen van een vertegenwoordigend parlement; uitvoering van de in het parlement geformuleerde volkswil door een Weberiaans ambtelijk apparaat. Dat ambtelijk apparaat met z’n deskundige, specialistische neutrale functionarissen is zo georganiseerd dat ministers hun verantwoordelijkheid waar kunnen maken, dat er gestreefd wordt naar effectief beleid en dat er optimale communicatie tussen overheid en samenleving is. Jazeker, daar is nog een hoop te verbeteren. Zo geweldig is de communicatie niet, zo effectief is het beleid niet en het kost altijd weer meer dan belastingbetalers zouden willen. Verbeteringen zijn nodig en dat doen we door goed personeelsbeleid, sleutelen aan procedures, af en toe eens een nieuwe functie instellen of een afdeling opheffen.
Structurele wijzigingen zijn kostbaar en onnodig. Laten we er eens mee stoppen om doelmatiger werken te forceren door meer werk van minder mensen te vragen. Om samenwerking te forceren door organisaties formeel samen te voegen. De beste stimulansen van de afgelopen jaren kwamen volkomen oncontroleerbaar van buiten op ons af: email en hippe lunchrooms.

vrijdag 13 februari 2009

vrijheid van meningsuiting

“The Times” van 12/2:
‘It is a common notion that the right to free speech must be held in balance with the requirementto avoid needless offence. That is a mistake. The right to oppose, mock, deride and even insult people’s beliefs is essential to a society where bad ideas are superseded by better ones. There is no right to have one’s emotional sensibilities protected, for it is no business of government to legislate for people’s feelings. Mr Wilders’ views are obnoxious, and (not but) his freedom to express them must be defended.”
(Hoofdredactioneel commentaar “Let Him In”, “The Times” d.d. 12/2)