zaterdag 15 oktober 2016

Veiligheidsbeleving



Al jaren verbazen politici, ambtenaren en beleidsonderzoekers zich erover dat Nederlanders zich alsmaar niet veiliger willen voelen, terwijl de criminaliteit toch heus daalt. Zelfs wetenschappers en schrijvers houden ons dringend voor dat maar weinig mensen nog een gewelddadige dood sterven, we moeten dus beseffen dat het superveilig is tegenwoordig.

De denkfout is natuurlijk dat veiligheid het één op één spiegelbeeld is van dood en verderf, van criminaliteit en risico.
Dat is het niet. Als veiligheid al ergens tegenover staat, dan is het tegenover willekeur.
Veiligheid is geborgenheid, zekerheid, weten dat anderen jouw vrijheid zullen respecteren.

Alleen als zichtbaar is dat iedereen kan zeggen en denken wat hij wil zonder afgebrand te worden, dat iedereen er uit mag zien en zich mag gedragen zoals ie wil zonder onder druk gezet te worden zich aan de meerderheid te conformeren, kunnen mensen zich veilig voelen. Je voelt je pas veilig als je ziet dat fundamentele rechten worden gerespecteerd zonder aanziens des persoons, als je weet dat je niet wit, autochtoon, goed opgeleid en jong hoeft te zijn om je eigen keuzes te mogen maken en je eigen identiteit te mogen bepalen. Veiligheid is een rechtsstaat waarin vrouwe justitia een blinddoek voor heeft.

We hebben het afgelopen decennium steeds hysterischer rechten beknot, nadrukkelijk onderscheid gemaakt op basis van zichtbare, aan identiteit verbonden kenmerken, steeds meer criminaliteitsbestrijding boven het waarborgen van een rechtsstaat gesteld. Allemaal in naam van veiligheid. Nogal wiedes dat burgers daar bang van worden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten