Elke keer als er weer eens een islamitische terrorist bezig
is geweest, worden moslims opgeroepen om zich tegen terreur uit te spreken en
een publiek gebaar te maken. Volgens mij wordt het zo langzamerhand ook tijd
voor autochtone seculiere liberalen om publieke gebaren te maken. Om te
bevestigen dat we voor godsdienstvrijheid en uitingsvrijheid en tegen
discriminatie zijn. Naar mijn smaak zwelgen we veel te veel in een soort
verongelijkte slachtofferrol: wij hebben tenslotte de waarheid in pacht en we
worden aangevallen door onbegrijpelijke extremisten.
Vrijheid van godsdienst en meningsuiting en gelijke
behandeling betekenen iets anders dan wat onze homegrown ultrarechtse ‘partij
van de vrijheid’ er van maakt. Zij zien homogeniteit als voorwaarde en doel van
vrijheid en gelijkheid. Alleen als we van vreemde smetten vrij zijn hoeven we
ons niet meer te verdedigen tegen bedreigingen, en kan iedereen ‘vrij’ z’n gang
gaan.
Mijn vrijheid en gelijkheid zijn anders. Voor mij gaat het
juist om diversiteit, om verschillende meningen, geloven, invalshoeken. Hoe
groter de variatie, hoe meer debat, hoe meer twijfel en geen monopolie op de
waarheid. Het beste vaccin tegen extremisme is twijfel. Twijfel aan de
enkelvoudigheid, het simplisme van één perspectief, één geloof, één waarheid.
Ik vermoed dat het het de eeuwige zoektocht van de mensheid
is: als er zoveel verschillende ideeën en ervaringen zijn, waar is De Waarheid
dan? Hebben we toch iets gemeen.