Ik ga graag naar Lars von Triers films, ze maken
altijd indruk en leveren altijd stof tot dóórdenken. Nooit subtiel,
altijd erg ‘in your face’ en dan ook nog op een enorm scherm met het
geluid om je heen, het was wel een logische gedachte
om de vier uur Nymphomaniac niet achterelkaar te zien. Maar achteraf
was het niet alleen overbodig om deel twee te gaan zien, het deed
eigenlijk afbreuk aan de film. Deel twee is zo rauw en zo voorspelbaar,
met de voortdurende bijna Dan Brown-achtige symboliek,
het afwerken van een braaf rijtje seksuele perversies, de door je strot
gedouwde ratio-emotie, redelijkheid-lust&macht tegenstellingen en
het flauwe einde, dat ik het liever niet had gezien. In deel twee wordt
ook de suggestie losgelaten dat er iets te begrijpen
valt, dat het om een psychologisch drama zou gaan. Dat maakte deel één
nou juist spannend. Hoe zou het zo gekomen zijn? Wat maakt Joe zo
liefdeloos?
In deel één valt er ook af en toe wat te lachen, in
het tweede deel is het allemaal echt niet leuk meer. Wel grappig dat we
voor de film nog discussieerden over het seksisme van een term als
nymfomanie, en juist als ik na drie uur beuken
heb geaccepteerd dat er zoiets zou kunnen bestaan als ziekelijke
seksverslaving, Seligman uitvoerig het feministische verhaal houdt over
de waardering voor mannelijke rokkenjagers tegenover de veroordeling van
vrije vrouwen. Ik had net besloten dat Von Triers
film geen bioscoopversie van Bergmans Sletvrees is!
Het meest jammer is dat de film interessant en
gelaagd begint, met onderzoek van goed en kwaad en psychologie en liefde
en menselijke verhoudingen, en dan zo ééndimensionaal eindigt als een
film over seks. Wel weer knap dat een film urenlang
over seks kan gaan, en helemaal vol zit met extreme closeups, zonder
een greintje porno of erotiek. Maar daardoor wordt de afstand tot het
publiek zo enorm dat het niet langer ongemakkelijk is. We kijken enkel
naar een curiositeit.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten