zondag 20 mei 2018

Objectieve kennis

Ik breek me al jaren het hoofd over de vraag hoe ik zo zeker weet dat mijn waarheid de ware is en dat mijn feiten de echte zijn? We smijten 'fake news' en 'kwakzalverij', 'pseudowetenschap' en 'spin', 'propaganda' en 'stemmingmakerij' naar elkaar - het totale einde van elke vorm van dialoog of debat.

Elke keer weer helpt Rushdie mij te begrijpen wat ik denk. Als feiten pas waarheid worden door er betekenis aan te geven, hebben we fantasie en magie en fictie nodig om waarheid te maken.
We verschillen van mening over betekenis, maar bestrijden elkaar met zogenaamd betekenisloze 'feiten'. Daar kom je nooit uit.

In mijn werk als kennisadviseur loop ik er voortdurend tegenaan dat mede-ambtenaren geloven dat er zoiets zou bestaan als 'objectieve kennis' en dat ik dat moet leveren. Dat is me nooit gelukt, eenvoudigweg omdat alle feiten, beweringen, onderzoek, conclusies, geČ…valueerd moeten worden, geduid, om er kennis van te maken. Duiding doe je in het licht van een referentiekader en ieders referentiekader is subjectief. Letterlijk subjectief: het hangt van je standpunt af, van de plek waar je staat, hoe je door een kader kijkt en wat je dan ziet.
In mijn ogen is 'strategische kennis' in een ambtelijke context dan ook een pleonasme. Committeer je je tegelijkertijd aan ambtelijke normen en waarden als neutraliteit, objectiviteit en loyaliteit, terwijl je meerwaarde als kennisadviseur probeert te leveren door kritisch, integer en onafhankelijk 'speaking truth to power', dan moet je je het referentiekader eigen maken dat de organisatiestrategie biedt. Dan beoordeel je feiten en beweringen door de bril van missie, visie, principes en waarden van de politiek-ambtelijke leiding voor wie je op een bepaald moment werkt.

Vandaar dat ik altijd zoek naar een context waarin ik mijn integriteit kan bewaren. Mijn focus is dan ook institutioneel: ik ben ambtenaar om de instituties van democratie en rechtsstaat te ondersteunen, niet om toevallige bewindslieden of ambtelijke bazen te bedienen.
En dus kleur ik mijn weergave van 'kennis' met de normen en oordelen van een politiek referentiekader - de politiek van rechtvaardigheid, van 'het goeie, het juiste', van mijn persoonlijke overtuiging over verhoudingen tussen overheid en burgers.

Ik geloof dat het beter is om dat zichtbaar te maken, om er in hippe terminologie 'transparant' over te zijn, dan te veinzen dat een ambtenaar een leeg hol vat is dat alle kanten op kan rollen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten