zondag 16 juli 2017

Efficiency




Ik was op bezoek bij een bijzonder innovatief boerenbedrijf. De boer maakte maximaal gebruik van wetenschap, technologie en praktijkervaring om kaas van de allerbeste kwaliteit te produceren. Voor hem was het logisch dat dat op een duurzame, ecologische, diervriendelijke manier moest gebeuren omdat al het andere kwaliteitsverlies betekent. Dus hij gebruikt geen antibiotica of synthetische middelen, recyclet maximaal binnen z’n eigen bedrijf, ploegt niet maar laat wormen en bijen de weilanden gezond houden enzovoort. Af en toe gaat het mis en lopen ze langs de rand van faillessement, maar inmiddels levert het bedrijf meer winst per liter melk dan de meeste andere bedrijven en werk voor acht betaalde krachten. Met allemaal prettige neveneffecten als landschappelijk schoon, behoud van erfgoed, ontwikkeling van nieuwe duurzame technologieën, educatie voor honderden aankomende boeren, onderzoekskansen voor Wageningen, gezondere producten en geen vergiftiging van oppervlaktewater of lucht. Ideaal voor de Nederlandse samenleving, vooral omdat de investeringen en (grote) risico’s voor rekening van de boer zijn.

Het was geen verrassing om te horen dat ze veel last hebben van de overheid en vooral van keurmeesters en certificeerders. De overheid, met name de NVWA, richt de aandacht uitsluitend op voedselveiligheid en dierenwelzijn en handhaaft regels en voorschriften die deze boer belemmeren en teveel tijd en energie kosten. De certificeerders stellen eisen aan productiewijze en bewijsvoering die geënt zijn op gevestigde methoden, waardoor innovatieve methoden niet kunnen voldoen aan de eisen.

We zijn het er snel over eens dat hij superefficiënt boert, want hij haalt fantastische opbrengsten uit een bedrijf waar hij heel weinig externe middelen in stopt. Het is een prachtige kringloop waarin de beesten en planten zelf de bodem gezond houden en waarin de bodem voldoende oplevert om de planten en beesten te voeden. Voor het werk en de zorg die ze erin stoppen krijgen ze duizenden kazen terug die ze duur kunnen verkopen aan toprestaurants.

Dat spoort niet erg met het gangbare begrip van efficiency, dat eigenlijk ‘zo goedkoop mogelijk zo veel mogelijk’ betekent zonder acht te slaan op de kwaliteit. De moderne overheid die met zo min mogelijk ambtenaren zo snel mogelijk het verlanglijstje van een regeerakkoord afwerkt is het resultaat van efficiencydrift.

Zo’n moderne overheid definieert het maatschappelijke belang waarvoor zij zich inspant zo eng mogelijk, in termen van veiligheid en minimum standaarden voor gezondheid. Er worden regels ontworpen die van toepassing zijn op de grootste gemene deler, en de ‘eigen verantwoordelijkheid’ van ondernemers en burgers betekent dan dat mensen zelf maar moeten zien hoe ze aan die regels en normen kunnen voldoen. Veel ruimte voor variatie is er niet want persoonlijke beoordelingen door inspecteurs van individuele bedrijven kosten teveel capaciteit en bovendien ondermijnt het de rechtsgelijkheid.

Toch wil de moderniserende overheid wel degelijk toe naar grotere responsiviteit, ruimte voor innovatie en slimmer beleid. Volgens mij betekent dat, dat we de maatschappelijke waarden waar we naar streven breder en beter centraal moeten stellen; dat we af en toe ‘andersom’ moeten redeneren vanuit de vraag wat een bepaalde activiteit allemaal aan waardevols oplevert en hoe we dat kunnen ondersteunen; dat risico-analyses gericht moeten zijn op individuele ondernemers en hun belangen en dat daar veel meer als-dan-redeneringen in moeten dan gebruikelijk is; dat de overheid zich voor elke handeling moet verantwoorden en uit moet leggen wat ze heeft gedaan en waarom ze in een bepaald geval zo heeft gehandeld; dat we de ontwikkelingen van maatschappelijke waarden moeten meten; dat ambtenaren niet beloond en geprezen zouden moeten worden voor het produceren van goeie nalevingscijfers maar voor hun bijdrage aan maatschappelijke waarden; en dat we niet zo zenuwachtig moeten zijn over de onmeetbaarheid en ontoerekenbaarheid van zulke bijdragen omdat er ook nog zoiets is als gezond verstand, professionele integriteit en collectief bewustzijn.

Als we doorgaan op de huidige manier van werken als overheid, smoren we elk creatief initiatief en daar wordt uiteindelijk helemaal niemand beter van.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten