maandag 24 augustus 2015

Migratie; laat maar komen die buitenlanders



Het wordt tijd voor progressief leiderschap tegenover de populistische haatzaaiers, als het over migratie gaat. Zolang er bijna niemand (behalve Angela Merkel dan) idealen en praktische oplossingen biedt, blijven we overgeleverd aan xenofoben die het vanzelfsprekend vinden dat buitenlanders in het buitenland blijven. Ongeacht hoe ze er daar in dat verre buitenland dan aan toe zijn.

Je kan zo een hele serie redeneringen opbouwen om duidelijk te maken waarom we de Europese grenzen wèl zouden moeten openstellen voor immigratie. Er zijn juridisch-humanitaire, moreel-filosofische, economisch-demografische, praktisch-politieke en cultureel-psychologische redeneringen te maken.

Merkel trekt de economisch-demografische kaart: we hebben immigranten nodig, want de autochtone bevolking vergrijst en ontgroent en met een krimpende arbeidsbevolking gaan we het niet redden in de globaliserende wereldeconomie. Dat zou dan wel impliceren dat laag opgeleide of hulpbehoevende migranten, ook als het vluchtelingen zijn, niet welkom zijn.

De meeste linkse politici en activistische hulpverleners wijzen op het recht van vluchtelingen om een veilig heenkomen te zoeken, en op de plicht van Europese landen om asielzoekers op te vangen. In dit licht is het elke keer weer bizar om te zien hoe dezelfde mensen die zich vol sentimentele overgave op een leeuwenschietende tandarts storten of die poezenplaatjes op facebook uitwisselen, het heel gemakkelijk vinden om anonieme Syriërs in afschuwelijke kampen te laten verrekken of opvangcentra in de fik te steken.

Het juridisch-humanitaire discours roept ook voortdurend discussies op over de vraag wie ‘echte’ vluchtelingen zijn en wie ‘alleen maar’ economische gelukszoekers, en over de vraag waarom ze niet in Griekenland of Spanje blijven – ze komen zeker op onze gulle uitkeringen en luxe opvang in hotels af. In dat soort discussies kan je nog zo veel gelijk hebben: immigranten komen bepaald niet op de uitkeringen af en bovendien zijn onze sociale zekerheidsstelsels al lang toegerust op het onderscheid tussen mensen die wel premie hebben betaald en nieuwkomers die dat niet hebben gedaan. Het helpt niet, want de xenofoben geloven de feiten gewoon niet, ze lezen en horen alleen de populistische waarschuwingen tegen overstroomd worden door buitenlanders en ze zien alleen de verkleuring op straat, waardoor ze zich gewoon schrap zetten tegen verandering. Ze associëren een donkere huidskleur met islam en islam met terreur, oost-europeanen met drank en overlast en het inpikken van werk, en behoofddoekte vrouwen met het verlies van onze net verworven persoonlijke vrijheid.

Steeds meer opinieleiders en wetenschappers roeren zich omdat het bouwen van hekken en muren, het knuppelen van jongens in Calais of het bestoken met traangas van gezinnen aan de Macedonische grens duidelijk niet werkt. Het komt alleen de handel ten goede: migranten betalen goudgeld aan mensensmokkelaars om toch die grenzen over te steken. Wie er zo veel voor over heeft moeten hebben om Europa te bereiken zal niet meer vrijwillig vertrekken. Als je veel en veel meer immigratie zou toestaan en het veel makkelijker zou maken, veel meer vluchtelingen rechtstreeks uit de kampen in Jordanië en Turkije naar Europa zou halen en snel en ruimhartig werkvisa zou toekennen zou de mensensmokkel bestreden worden en zou de bereidheid van immigranten om naar hun geboorteland terug te keren toenemen. Het spaart bovendien een hoop leed, illegaal geld en kosten van grensbewaking en strafrechtketens.

Om historische en filosofische redenen hebben we ook wel de morele plicht om buitenlanders tot Europa toe te laten. De grenzen tussen Europa en de rest van de wereld zijn niet door de natuur of onzelieveheer ingetekend maar door groepen mensen en meestal met een hoop geweld. Dat maakt grenzen nogal willekeurig en daardoor onrechtvaardig. De mensen die toevallig aan de andere kant van de grens geboren zijn hebben geen schuld aan hun situatie, net zo min als dat het de verdienste is van degenen die binnen Europa geboren zijn dat het hier zo prettig is. Erger nog Europeanen waren (en soms: zijn) er medeschuldig aan dat allerlei dictators en krijgsheren over wapens beschikken, dat er oorlog, geweld, onderdrukking, corruptie en misdaad welig tieren en dat hele werelddelen leeggeplunderd zijn of met oneerlijke handelsvoorwaarden zijn opgezadeld zodat ze zich niet economisch en democratisch hebben kunnen ontwikkelen. Moreel gezien hebben we dus gewoon geen poot om op te staan als we migranten buiten de deur proberen te houden.

Tenslotte levert migratie culturele verrijking op. Dankzij andere mores, andere overtuigingen en andere gebruiken groeit het aantal mogelijkheden om een leven vorm te geven, ook voor de autochtonen. Zat er begin jaren vijftig voor een protestantse vrouw in een Hollands dorp niet veel anders op dan trouwen, een baantje nemen en spruitjes koken, inmiddels kunnen we er voor kiezen om een jaar in Rome te studeren, om te gaan bungeejumpen en om drie keer per week aan mindfullness te doen of naar de EO-jongerendag te gaan. Zulke veranderingen, modernisering, gaan door en ook al betekenen ze niet noodzakelijkerwijs dat we nog meer individuele vrijheid krijgen, ze betekenen wel dat onze blikvelden worden verruimd en dat onze cultuur evolueert. Voor de Spanjaarden van de Costa’s moet het afschuwelijk zijn om duizenden dikke zwetende noord-Europeanen op hun stranden te zien liggen. Voor veel Zimbabweanen zal het een ramp zijn dat rijke witneuzen hun wild afschieten. En voor Hagenezen is het een akelig gezicht om hele wijken in burka en zwart-leren jekkies gehuld te zien. Verandering is niet hetzelfde als vooruitgang, maar dankzij migratie staan we in elk geval niet stil en leren we het onderscheid te maken tussen nationale identiteit en mens-zijn.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten