Er zijn boeken die het effect hebben van een priester of een
guru. Ik krijg Waarheid opgediend, ik lees en wéét dat dit Waar is, en het
helpt om mezelf en de wereld en het leven te begrijpen. En dat helpt weer om me
goed te voelen, heel, content (gelukkig is niet het goeie woord en tevreden ook
niet, dankbaar, het is alledrie).Van dit boek begrijp ik dat ik weliswaar m’n
linker hersenhelft gebruik om de tekst te lezen, begrijpen, verwerken, maar dat
de inhoud appelleert aan m’n rechter hersenhelft-intuitie.
Het verstoorde leven van Etty Hillesum (ik zou niet meer
kunnen navertellen waarom dat zo’n indruk maakte toen ik een jaar of twaalf,
dertien was, maar het hoort in dit rijtje); Carlos Castaneda’s beschrijving van
de energie die iedereen is; Spinoza’s Ethica; het Tibetaanse dodenboek; kernkwadranten;
the art of living now; Zen and the art of motorcycle maintenance; dat is waar
ik god vandaan haal. Boeken die ik wil hebben, zodat ik de ervaring van inzicht
direct zou kunnen terugzoeken, terwijl dat helemaal niet nodig is want het zit
in m’n hoofd. De teksten reflecteren, verwoorden, gewoon wat ik al weet.
Bolte Taylor beschrijft hoe een hersenbloeding een groot
deel van haar linker hersenhelft lam legde, zodat haar rechter
hersenhelftsbewustzijn dominant werd. Ze nam waar hoe zij zelf en alles en
iedereen om haar heen uit atomen/energie bestaat, hoe ze zich vloeibaar en één
met het universum voelde, een vredig nu-bewustzijn. Tegelijk maakt ze duidelijk
hoe handig en noodzakelijk haar linker hersenhelft is: het biedt haar taal,
onderscheidend vermogen, tijd. Rechts verwerkt informatie parallel, links doet
het sequentieel. Rechts is nodig voor overzicht, intuitie, links voor analyse
en planning.
Terwijl ik dit lees begin ik te vermoeden waarom ik zo
verslaafd ben aan vliegen, aan zwemmen, en aan goeie literatuur. Het helpt me
om m’n linker hersenhelft op een wat lager pitje te zetten. Ik wou dat m’n
linkerkant wat beter was toegerust om goed te vliegen, maar de circuits voor
kritische analyse en taal zijn zo sterk ontwikkeld, dat ik een hoop moet
uitschakelen voor ik echt vrij de lucht in kan.